Uitspraak
Rechtbank den haag
Moraitis Pty Limited),
[A] , [B]en
[C] ,allen kantoorhoudende te [plaats 2] , Australië,
1.De procedure
2.Het incident tot voeging
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling van het geschil
kanopleveren op artikel 20 van de (Nederlandse) Faillissementswet. Allereerst is van belang dat Oakville, volgens haar eigen stellingen, in 'receivership' verkeert, maar nog niet failliet is (akte houdende incident tot voeging, sub 1.6). Voorts wordt de staat van insolventie waarin Oakville verkeert beheerst door het Australische recht. Mede gelet op de tegenstrijdige standpunten die Oakville en Mitolo innemen, staat het beperkte bestek van een kort gedingprocedure er aan in de weg om te kunnen beoordelen of de uitleg van de Hoge Raad één op één toepasbaar is op het Australische recht, waarbij nog in het midden wordt gelaten of de door de Hoge Raad bedoelde
omstandighedenzich hier voordoen.
"al het mogelijke en alle medewerking") en zou toewijzing tot executieproblemen kunnen leiden.
vermoedtdat er meer stukken zijn. Een vermoeden kan echter niet worden aangemerkt als een deugdelijke onderbouwing van een vordering zoals hier aan de orde. Overigens valt niet in te zien welk belang Mitolo nog heeft bij de stukken na toewijzing van haar vorderingen sub I en II.
6.De beslissing
€ 2.500.000,--;
€ 2.500.000,-- voor iedere keer dat [X] daarmee in strijd handelt, aangevuld met een dwangsom van € 25.000,-- voor iedere dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat die situatie voortduurt, met een maximum van € 2.500.000,--;