Uitspraak
Omgang
Beschikking op het op 20 mei 2010 ingekomen verzoek van:
[de vader] ,
[de moeder] ,
Cardea Jeugdzorg Leiden,
Procedure
Thans nog aan de orde zijnde verzoek en verweer
- een omgangsregeling tussen de vader en de minderjarigen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] zal worden vastgesteld, zoals opgenomen in het petitum van de op de zitting van 27 mei 2011 overgelegde pleitnotities onder “a.1”;
- de moeder een dwangsom verbeurt van € 1.000,-- per dag dat zij nalaat haar medewerking te verlenen aan de omgangsregeling en indien verbeuring en invordering van de dwangsom niet leidt tot nakoming van haar verplichting tot medewerking aan de omgangsregeling de moeder wordt veroordeeld tot een lijfsdwang van drie dagen gijzeling voor elke keer dat zij nalaat aan de omgangsregeling te voldoen, althans een zodanig drukmiddel als de rechtbank juist acht;
- alle in het gegeven geval gepaste maatregelen te nemen om de moeder ertoe te bewegen haar medewerking te verlenen aan het tot stand komen van (onbegeleide) omgang tussen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] met hun vader onder meer door toewijzing van hetgeen door de vader in de punten 13 tot en met 22 van de pleitnotities van 9 september 2014 is verzocht, maar ook tot het gelasten van forensische mediation, waarbij voor alle maatregelen geldt dat de moeder de aan de maatregel verbonden kosten dient te voldoen;
- de vader, ofwel naar gelang de rechtbank in goede justitie juist acht een voogd, alleen met het gezag over [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] te belasten;
- de moeder te veroordelen in de volledige kosten van de procedure zoals is verzocht in punt 24 van de pleitnotities van 24 september 2014;
- verwijzing naar Kinderen uit de Knel – met oplegging van een dwangmiddel – dan wel subsidiair een ouderschapsonderzoek in de vorm van een deskundigenbericht te gelasten, indien de moeder haar medewerking niet verleent. Daarbij heeft de vader vermeld dat hij bereid is de volledige kosten van het ouderschapsonderzoek voor zijn rekening te nemen;
- de onderhoudsplicht voor zowel [de meerderjarige] , [de minderjarige 1] als [de minderjarige 2] op te schorten totdat er één jaar onbegeleide omgang tussen de minderjarigen en hem heeft plaatsgevonden, dan wel een opschorting van zijn onderhoudsplicht zoals de rechtbank juist acht;
- te bepalen dat de vader, moeder en de minderjarigen verplicht deelnemen aan onderzoek bij Stichting Haags Ambulatorium, waarbij geldt dat de kosten van dat onderzoek door partijen worden gedeeld;
- te bepalen dat de/het aan de moeder op te leggen dwangmiddelen reeds gaan/gaat lopen op het moment waarop zij een (eerste) poging om in de uitvoering van de door de rechtbank op te leggen maatregel(en) voor het bevorderen, dan wel tot stand komen van (onbegeleide) omgang en/of contactherstel tussen de minderjarigen en de vader tot een (eerste) afspraak te komen, ongeacht van wie het initiatief daartoe komt, negeert, naast zich neerlegt of op welke wijze dan ook geen medewerking verleent aan het starten met die door de rechtbank opgelegde maatregel(en);
Beoordeling
Beslissing
(vader)
(moeder)
1 oktober 2016 pro forma;
omgang, het ouderschapsonderzoek, het Haags Ambulatorium, de forensische mediation, de dwangsom, (opschorting) kinderalimentatie, het gezag c.q. de voogdij en de proceskostenveroordelingaan tot
1 oktober 2016 pro forma.