Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling van het geschil
ten hoogstevijf jaren geen verklaring van geschiktheid wordt geregistreerd. Weliswaar is niet te verwachten dat op een aanvraag van eisers tot het afgeven van een dergelijke verklaring toewijzend zal worden beslist, nu het CBR, wanneer niet met succes is deelgenomen aan het ASP, in de regel niet zal overgaan tot het afgeven van een geschiktheidsverklaring binnen vijf jaar na oplegging van het ASP, ongeachte de persoonlijke omstandigheden. Maar dat neemt niet weg dat tegen die te verwachten afwijzende beschikking bezwaar en beroep open staat, terwijl hangende het bezwaar en beroep tevens een verzoek om een voorlopige voorziening bij de bestuursrechter kan worden ingediend. In het kader van een eventuele procedure in bezwaar en beroep tegen een afwijzing van de aanvraag tot afgifte van een geschiktheidsverklaring kunnen eisers het door het CBR in dat kader gevoerde beleid om – wanneer niet met succes is deelgenomen aan het ASP – niet binnen vijf jaar tot verstrekking van een geschiktheidsverklaring over te gaan ongeacht de persoonlijke omstandigheden, aan de orde stellen. Aldus staat voor eisers een met voldoende waarborgen omklede rechtsgang bij de bestuursrechter open staat, zodat zij niet-ontvankelijk zijn in hun vordering. Ten aanzien van [eiser sub 4] overweegt de voorzieningenrechter nog ten overvloede dat zijn deelname aan het ASP in beginsel in mei 2016 kan worden afgerond. De medische ongemakken die [eiser sub 4] stelt te ondervinden als gevolg van het ASP, wat daar verder ook van zij, kunnen derhalve binnen afzienbare termijn zijn weggenomen. De stelling dat hij financieel niet in staat is de deelname aan het ASP verder te bekostigen, is ten slotte onvoldoende aannemelijk gemaakt.