8.6.1.Er is sprake van ‘knowing participation’ bij de vreemdeling in, in ieder geval, één van de volgende situaties:
a. de vreemdeling heeft gewerkt bij een organisatie, waarvan de IND heeft aangetoond dat deze organisatie zich op systematische wijze en/of op grote schaalschuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten die genoemd worden in artikel 1(F) Vluchtelingenverdrag;
b. de vreemdeling heeft behoord tot een groep die door verweerder is aangewezen als groep, waarop in de regel artikel 1(F) Vluchtelingenverdrag van toepassing is;
c. de vreemdeling heeft deelgenomen aan handelingen, waarvan hij wist of had moeten weten dat het strafbare feiten betrof zoals bedoeld in artikel 1(F) Vluchtelingenverdrag.
8.6.2.Er is sprake van ‘personal participation’ bij de vreemdeling in tenminste één van de volgende situaties:
a. de vreemdeling heeft een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1(F) van het Vluchtelingenverdrag gepleegd;
b. de vreemdeling heeft opdracht gegeven tot, of onder zijn verantwoordelijkheid is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1(F) van het Vluchtelingenverdrag gepleegd;
c. de vreemdeling heeft een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1(F) van het Vluchtelingenverdrag gefaciliteerd;
d. de vreemdeling behoort tot een groep die door verweerder is aangewezen als groep die in de regel artikel 1(F) van het Vluchtelingenverdrag tegengeworpen krijgt.
8.6.3.De vreemdeling heeft een strafbaar feit gefaciliteerd, indien zijn handelen en/of nalaten in wezenlijke mate heeft bijgedragen aan het strafbare feit. De IND concludeert dat de vreemdeling in wezenlijke mate heeft bijgedragen indien aan beide volgende voorwaarden is voldaan:
• de bijdrage heeft een effect heeft gehad op het begaan van een misdrijf; en
• het strafbare feit had hoogstwaarschijnlijk niet op dezelfde wijze plaatsgevonden indien niemand de rol van de vreemdeling had vervuld of indien de vreemdeling gebruik had gemaakt van mogelijkheden om het misdrijf tegen te houden.
Indien de vreemdeling aanvoert dat hij gedwongen is tot het plegen van strafbare feiten, wordt hij niet gevrijwaard van verantwoordelijkheid indien sprake is van in ieder geval één van de volgende situaties:
• er wordt geen geloof gehecht aan de door de vreemdeling gestelde dwang;
• er bestond voor de vreemdeling de mogelijkheid om zich te onttrekken aan het misdrijf;
• de vreemdeling was al geruime tijd in dienst van een organisatie voordat de dwang voorzienbaar optrad;
• de mate van dwang weegt niet op tegen de ernst van het door de vreemdeling begane misdrijf.
9. De rechtbank stelt vast dat verweerder zich in het voornemen, dat onderdeel uitmaakt van het bestreden besluit, op het standpunt heeft gesteld dat de door eiser afgelegde verklaringen aangaande zijn functie, zijn specifieke afdeling en zijn werkzaamheden geloofwaardig en aannemelijk zijn, nu hij hierover consistent en gedetailleerd heeft verklaard en deze verklaringen overeenkomen met de informatie uit gezaghebbende bronnen. Verweerder heeft eisers verklaringen beoordeeld aan de hand van algemene informatie afkomstig uit de navolgende bronnen:
- United Nations General Assembly, Report of the Special Rapporteur on the situation of human rights in Eritrea, mei 2014;
- Algemeen Ambtsbericht inzake Eritrea van het ministerie van Buitenlandse Zaken (ambtsbericht), mei 2014;
- Ambtsbericht inzake Eritrea, april 2013;
- Ambtsbericht inzake Eritrea, november 2011;
- Human Rights Watch: Service for life, april 2009;
- Human Rights Concern Eritrea: Testimonies of untold atrocities and suffering,
september 2008;
- Awate: The network of prisons, 21 september 2009;
- UK Border Agency, Country of origin report Eritrea, 15 april 2011;
- The Oslo Centre for Peace and Human Rights, Kjetil Tronvoll, The lasting struggle for freedom in Eritrea, human rights and political development, 1991-2009, 4 februari 2009;
- Amnesty International, Eritrea: “You hadve nog right to ask”- Government resists scrutiny on human rights, 19 mei 2004, AFR 64/003/2004;
- Freedom House, Countries at the Crossroads 2005- Eritrea, 5 mei 2005;
- United States Department of State, 2008 Country Reports on Human Rights Practices- Eritrea, 25 februari 2009;
- Human Rights Watch, World Report 2010- Eritrea, 20 januari 2010;
- United Kingdom: Home Office, Country of Origin Information Report – Eritrea,
13 oktober 2009;
- United Kingdom: Home Office, Country of Origin Information Report – Eritrea,
17 augustus 2011;
- US Department of State, www.state.gov/j/drl/rls/hrrpt/2008/af/119000.htm; en
- UNHCR Eligibility Guidelines for Assessing the International Protection Needs of Asylum-seekers from Eritrea, april 2009.