ECLI:NL:RBDHA:2016:16766
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- O. van der Burg
- K.M. Braun
- H.W. Vogels
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in civiele procedure met betrekking tot getuigenverhoor
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag op 31 oktober 2016 een verzoek tot wraking afgewezen. Verzoeker, vertegenwoordigd door advocaat mr. W.J.E. Hendriks, had de wraking ingediend tegen rechter-commissaris mr. J.M.J. Keltjens. De aanleiding voor het wrakingsverzoek was de onvrede van verzoeker over de afspraken die in twee processen-verbaal waren vastgelegd met betrekking tot het overleggen van stukken voorafgaand aan de voortzetting van een voorlopig getuigenverhoor. Verzoeker was van mening dat de rechter-commissaris hem ten onrechte aan deze afspraken hield, wat volgens hem een schijn van vooringenomenheid opleverde.
De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de gemaakte afspraken in de processen-verbaal correct waren en dat verzoeker niet had geprotesteerd tegen deze afspraken. De rechter-commissaris had geen datum voor de voortzetting van het getuigenverhoor vastgesteld omdat verzoeker de afgesproken stukken niet had overgelegd. De wrakingskamer oordeelde dat er geen sprake was van vooringenomenheid en dat de rechter-commissaris zich aan de gemaakte afspraken hield. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking afgewezen en bepaald dat de behandeling van het voorlopig getuigenverhoor zal worden voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.