3.2.Aan deze vordering leggen [eisers c.s.] , samengevat, het volgende ten grondslag. Na het opleggen van de last, waarvan de rechtmatigheid vaststaat, heeft de Gemeente jegens [eisers c.s.] onrechtmatig gehandeld door de wijze waarop zij haar bevoegdheid tot handhaving van het Besluit glastuinbouw heeft toegepast aangezien:
a. a) de Gemeente haar bevoegdheden heeft misbruikt doordat zij ten onrechte heeft vastgesteld dat de onder 2.9 bedoelde dwangsom was verbeurd en vervolgens tot invordering daarvan is overgegaan;
b) de Gemeente, ondanks dat [eiseres sub 1] verzet had ingesteld tegen de dwangsom, het misbruiken van haar controlebevoegdheden heeft voortgezet, waardoor [eiseres sub 1] in feite is gedwongen om onder die dreiging maatregelen te nemen - het plaatsen van gevelschermen - waarvan achteraf is gebleken dat die onnodig waren, omdat het verzet tegen het dwangbevel gegrond was;
c) de Gemeente in november 2008 opnieuw aan [eiseres sub 1] heeft laten weten dat een dwangsom was verbeurd, terwijl [eiseres sub 1] inmiddels in verzet was gekomen tegen de eerder opgelegde dwangsom;
d) de Gemeente hoger beroep heeft ingesteld tegen het vonnis van 21 april 2010.
Ten gevolge van dit onrechtmatig handelen van de Gemeente hebben [eisers c.s.] schade geleden. Die schade bestaat in de eerste plaats uit de kosten van de gevelschermen, die [eiseres sub 1] drie jaar lang heeft gehandhaafd om de lichtuittreding tegen te gaan, terwijl dit achteraf gebleken niet nodig was. In de tweede plaats bestaat de schade uit opbrengstderving ten gevolge van de schaduwwerking van de gevelschermen op de planten.