Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] ,
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Procesverloop
Overwegingen
(ECLI:NL:RVS:2016:826), waarin is overwogen dat verweerder voor het beantwoorden van de vraag of in een concreet geval met de toepassing van een lichter middel moet worden volstaan, hij voldoende kennis moet vergaren over de af te wegen belangen. Daartoe moet verweerder een vreemdeling voorafgaand aan het opleggen van een vrijheidsontnemende maatregel duidelijk maken dat hij eventuele bijzondere feiten of omstandigheden met betrekking tot zijn persoonlijke belangen kan aanvoeren die tot het oordeel kunnen leiden dat in zijn geval met de toepassing van een lichter middel moet worden volstaan. In plaats daarvan of in aanvulling daarop kan verweerder de vreemdeling ook zelf concrete vragen stellen over mogelijke bijzondere feiten of omstandigheden. In dat geval moet verweerder zich ervan verzekeren dat een vreemdeling de gelegenheid heeft gekregen om alles naar voren te kunnen brengen wat van belang kan zijn.
Ik ben voornemens aan u een vrijheid ontnemende maatregel op te leggen. Zijn er feiten en/of omstandigheden die maken dat dit volgens u, in uw geval niet mogelijk is?
Gebruikt u medicijnen?
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- beveelt de opheffing van de maatregel van bewaring met ingang van heden;
- draagt verweerder op € 1.760,- als schadevergoeding aan eiser te betalen;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 992,- te betalen.