Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 april 2015 in de zaak tussen
[eiser] wonende te [plaats 1], eiser
[verweerder], verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Feiten
x € 50 x 1,21 Btw).
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 21 april 2015 uitspraak gedaan in een beroep tegen de vastgestelde waarde van een onroerende zaak en de daarop gebaseerde aanslag onroerende-zaakbelastingen. Eiser, eigenaar van een vrijstaande woonboerderij, had bezwaar gemaakt tegen de beschikking van verweerder, die de waarde van de woning op € 445.000 had vastgesteld voor het kalenderjaar 2014. Eiser stelde dat de waarde te hoog was en bepleitte een waarde van € 415.000, onderbouwd door een taxatierapport van een taxateur. Verweerder verdedigde de vastgestelde waarde met een eigen taxatierapport, maar de rechtbank oordeelde dat verweerder niet voldoende had aangetoond dat de waarde niet te hoog was vastgesteld. De rechtbank concludeerde dat beide partijen hun voorgestane waarden niet aannemelijk hadden gemaakt en stelde de waarde schattenderwijs vast op € 430.000. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar, en wijzigde de beschikking zodat de vastgestelde waarde werd verminderd tot € 430.000. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, die op € 1466 werden vastgesteld, en in de kosten voor het taxatierapport. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag.