ECLI:NL:RBDHA:2015:5325

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 april 2015
Publicatiedatum
8 mei 2015
Zaaknummer
C/09/484687 / KG ZA 15/335
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot rectificatie in kort geding over uitlatingen betreffende erotische feesten

In deze zaak, die op 8 april 2015 door de Rechtbank Den Haag is behandeld, hebben eisers, [A] en [B], een kort geding aangespannen tegen gedaagde [C] vanwege uitlatingen die hij heeft gedaan over hun geplande erotische feest. Eisers organiseren een feest op 22 april 2015 en zijn van mening dat de uitlatingen van gedaagde hen schade toebrengen door het afschrikken van bezoekers. Gedaagde heeft in een e-mail van 2 maart 2015 beschuldigingen geuit over eisers, waaronder het plaatsen van misleidende advertenties en het beïnvloeden van een artiest om niet op hun feest te verschijnen. Eisers vorderen rectificatie van deze uitlatingen en het verwijderen van de e-mail van het internet.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen causale relatie is tussen de uitlatingen van gedaagde en de gestelde schade van eisers. De rechter oordeelt dat de uitlatingen van gedaagde niet onrechtmatig zijn, omdat deze niet voldoende onderbouwd zijn en bovendien meningen bevatten die niet als feitelijke onjuistheden kunnen worden aangemerkt. De rechter heeft ook opgemerkt dat eisers niet hebben aangetoond dat zij daadwerkelijk schade lijden door de uitlatingen van gedaagde.

Uiteindelijk heeft de rechtbank de vordering van eisers afgewezen en hen veroordeeld in de kosten van het geding. De uitspraak benadrukt het belang van de vrijheid van meningsuiting en de noodzaak voor eisers om hun claims te onderbouwen met concrete bewijsstukken.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Team Handel - voorzieningenrechter
zaak- / rolnummer: C/09/484687 / KG ZA 15/335
Vonnis in kort geding van 8 april 2015
in de zaak van

1.[A],

2.
[B],
beiden wonende te [woonplaats],
eisers,
advocaat mr. P.H.J. Körver te Den Haag,
tegen:
[C],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
advocaat mr. J.L. Baar te Den Haag.

1.De feiten

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 30 maart 2015 wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
1.1.
Eisers maken gebruik van de website vipgangbang.nl en treden onder die naam naar buiten. Op deze site wordt onder meer een erotische feest aangekondigd voor 22 april in Lovehotel Bananas, waarbij staat vermeld dat VipGangbang dan (onder meer) Sexy Susi presenteert.
1.2.
Gedaagde organiseert erotische feesten. Hij heeft op 2 maart 2015 een e-mailbericht verzonden (hierna: het bericht van 2 maart 2015) aan info@tippelpagina.nl waarin hij aankondigt dat een dergelijke feest zal plaatsvinden op 6 maart. Hij eindigt deze mail met een tekst, waarin onder meer staat vermeld:
“Ik had jullie 22 April sexi Susi beloofd. Maar ik weet niet of ik dat na kan komen. [X] die haar langer kent heeft haar gemaild en naar hem over gehaald. (…) Er zijn mensen die op sexjobs anderen omhoog plaatsen zonder dat ze dat zelf weten en geld voor betalen. (…) Ik verdenk [X] of club 118 in Amsterdam ervan dit te doen en wacht af wat sexjobs hier van vind. (…) Ik wens jullie veel succes in de Mayfair waar de lockers op de begane grond staan en de douche in een kamer is. [Y] wilde nooit gangbangs met al die vieze mannen. Dat hoorde niet bij zijn zaak riep hij altijd. Het is echt een mooie club. Maar niet geschikt voor gangbangs. (…) moet je kijken op de recensies bij Park 118. Van de eerste 11 recensies zijn er 10 van Park 118 in een stad als Amsterdam. Geloven jullie dat echt. Ik weet dat hij onder diverse accounts zelf schrijft via vriendjes. [C].”

2.Het geschil

2.1.
Eisers vorderen, zakelijk weergegeven, gedaagde te gebieden een rectificatie te plaatsen op diens website, gedurende de periode vanaf twee dagen na betekening van dit vonnis tot 22 april 2014 (de voorzieningenrechter begrijpt: 22 april 2015), die luidt als volgt: “
Bij deze rectificeer ik, [C], op last van een uitspraak van de kort gedingrechter van de rechtbank Den Haag mijn nieuwsbrief van 2 maart jl. dat de Heer [A] misleidende advertenties zou hebben geplaatst voor door hem georganiseerde erotische feesten en dat hij valse recensies over Park 118 zou hebben geplaatst. Voorts rectificeer ik dat de Mayfair te Den Haag niet geschikt zou zijn voor erotische feesten waarbij ik vermeld dat al mijn overige uitlatingen over de Mayfair onjuist zijn. Ten slotte rectificeer ik dat Sexi Susi door de Heer [A] zou zijn overgehaald om niet op mijn feest te verschijnen.”en gedaagde te bevelen het bericht van 2 maart 2015 van het internet en alle andere social media te verwijderen en verwijderd te houden, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom en met veroordeling van gedaagde in de kosten van dit geding.
2.2.
Daartoe voeren eisers, samengevat, het volgende aan. Eisers zijn voornemens om, net als gedaagde, erotische feesten te gaan organiseren. Op korte termijn staat een dergelijk feest gepland. Gedaagde meent echter dat hij als enige dit soort feesten mag en kan organiseren en hij heeft op het voornemen van eisers gereageerd met het uiten van ongefundeerde beschuldigingen en hij is eisers ten onrechte zwart gaan maken, onder meer in het bericht van 2 maart 2015. De uitlatingen in dit bericht zijn nergens op gebaseerd, hier is geen bewijs voor en deze vinden niet hun weerslag in feiten. Hierdoor dreigen er minder bezoekers naar het feest van eisers te komen en dreigt er dus omzetderving. Gedaagde schendt hiermee voorts de goede naam van eisers. De belangen van eisers moet worden afgewogen tegen het belang van gedaagde op vrijheid van meningsuiting. Deze vrijheid kan worden beperkt indien de uitlatingen van gedaagde onrechtmatig zijn in de zin van artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek.
2.3.
Gedaagde voert gemotiveerd verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken.

3.De beoordeling van het geschil

3.1.
De voorzieningenrechter stelt voorop dat ervan wordt uitgegaan dat eisers het feest als natuurlijke personen organiseren, zoals zij uitdrukkelijk hebben verklaard, zodat zij ook persoonlijk schade zouden kunnen lijden als gevolg van onrechtmatig handelen van gedaagde. Aan het verweer van gedaagde in dit kader en zijn verwijzing naar de diverse vennootschappen waarvan eisers bestuurder en aandeelhouder zijn, wordt dan ook voorbij gegaan. Aan gedaagde moet worden toegegeven dat eisers niet expliciet stellen dat en waarom gedaagde met zijn uitlatingen onrechtmatig jegens hen handelt. De voorzieningenrechter begrijpt de stellingen van eisers in combinatie met hun schets van het juridisch kader echter aldus dat zij menen dat gedaagde onrechtmatig jegens hen handelt omdat hij een inbreuk maakt op hun recht op bescherming van hun goede naam, welk recht in dit geval voorgaat op de vrijheid van meningsuiting van gedaagde. Gedaagde is volgens eisers daardoor aansprakelijk jegens hen, zodat eisers op grond van artikel 6:167 BW rectificatie vorderen. Hiertoe wordt als volgt overwogen.
3.2.
Eisers hebben ter zitting het – volgens hen ongewenste – gedrag van gedaagde beschreven met name inhoudende het dwingen van mensen tot zaken die zij niet willen, het uiten van bedreigingen en het zwart maken van mensen. Nu gedaagde de stellingen van eisers heeft betwist, kan niet van de juistheid hiervan worden uitgegaan. Om hun betoog te onderbouwen, hebben eisers namelijk verwezen naar diverse producties met emailwisselingen, maar het is de voorzieningenrechter niet duidelijk tussen welke personen de berichten worden gewisseld, over wie en waarover de gesprekken gaan en wat met de inhoud van de tekst wordt bedoeld. Overigens ontgaat de voorzieningenrechter ook de relevantie hiervan voor het gevorderde, te weten rectificatie van een viertal specifieke uitlatingen in het bericht van 2 maart 2015.
3.3.
Daaromtrent wordt voorop gesteld dat bij twee uitlatingen is gesteld noch gebleken dat er sprake is van causaliteit tussen deze uitlatingen en de door eisers gestelde (dreigende) schade, te weten minder bezoekers op het door hen georganiseerde feest. Op de eerste plaats wordt niet ingezien wat de uitlatingen over de recensies over park 118 van doen hebben met het door eisers georganiseerde feest. Ditzelfde geldt voor de uitlatingen over de Mayfair, nu blijkens de aankondiging het feest op een andere locatie plaatsvindt. Overigens stellen eisers slechts dat de uitlatingen daarover niet juist zijn, maar hebben zij nagelaten om te concretiseren wat er onjuist is aan de feitelijke beschrijving van de indeling van de locatie. Dit kan derhalve niet worden beoordeeld, nog daargelaten of een onjuiste mededeling hieromtrent zonder meer als onrechtmatig jegens eisers kan worden aangemerkt. Verder is de opmerking dat een locatie ergens niet geschikt voor is, geen feitelijke vaststelling die juist of onjuist kan zijn, maar een mening. Het uiten daarvan kan, zonder nadere toelichting die ontbreekt, niet als onrechtmatig jegens eisers worden aangemerkt.
3.4.
Wat betreft de overige uitlatingen wordt overwogen dat er volgens eisers sprake is van onrechtmatigheid omdat de uitlatingen onwaar zijn en zij hiermee zwart worden gemaakt. Zij motiveren dit echter door te verwijzen naar wat gedaagde volgens hen met zijn stellingen impliceert en welke suggestie hij ermee wekt. De voorzieningenrechter begrijpt dat eisers menen dat in het bericht van 2 maart 2015 de indruk wordt gewekt dat zij Sexy Susi (onder druk) hebben beïnvloed om niet op het feest van gedaagde te verschijnen. De tekst over de advertenties op de website sexjobs.nl suggereert volgens eisers dat zij oneigenlijk gebruik hiervan zouden maken en dat zij mensen misleiden. Dit is echter niet wat in het bericht staat vermeld. Hierin staat dat eiser sub 1 Sexy Susi naar hem heeft over gehaald en gezien de tekst van de aankondiging van het feest moet vastgesteld worden dat eiser sub 1 Sexy Susi inderdaad bereid heeft gevonden om op 22 april op het feest van eisers te verschijnen. Verder wordt vermeld dat gedaagde eiser sub 1 ervan verdenkt (advertenties van) anderen op de website sexjobs.nl omhoog te plaatsen. Uit hetgeen door beide partijen is gesteld, blijkt echter dat op de website sexjobs.nl eenieder advertenties omhoog kan plaatsen, nu deze site daar de mogelijkheid voor biedt. Wat daar oneigenlijk of misleidend aan zou zijn, is niet nader toegelicht, zodat niet wordt ingezien waarom de uitlating hierover onrechtmatig zou zijn.
3.5.
Eisers hebben gezien het vorenstaande onvoldoende aannemelijk gemaakt dat gedaagde onrechtmatig jegens hen heeft gehandeld. Daar komt nog bij dat enige nadere onderbouwing van de schade die volgens eisers dreigt te ontstaan ontbreekt, zoals gedaagde terecht heeft opgemerkt. Het gevorderde is derhalve niet voor toewijzing vatbaar. De overige weren van gedaagde kunnen dan ook onbesproken blijven.
3.6.
Eisers zullen, als de in het ongelijk gestelde partij, hoofdelijk worden veroordeeld in de kosten van dit geding.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter:
- wijst het gevorderde af;
- veroordeelt eisers hoofdelijk in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van gedaagde begroot op € 894,--, waarvan € 816,-- aan salaris advocaat en € 78,-- aan griffierecht.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.P. van Ham en in het openbaar uitgesproken op 8 april 2015.
ts