ECLI:NL:RBDHA:2015:4256
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de rechter in bestuursrechtelijke procedure met betrekking tot verblijfsvergunning
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag op 26 januari 2015 een verzoek tot wraking van rechter mr. J.J.P. Bosman afgewezen. Het verzoek werd ingediend door een verzoekster die bijgestaan werd door haar gemachtigde, mr. C.F. Wassenaar. De wraking was gebaseerd op de stelling dat de rechter zich tijdens de zitting onpartijdig had opgesteld en een vooringenomen oordeel had geveld over de zaak, die betrekking had op de vraag of verzoekster een verblijfsvergunning zou moeten krijgen. De mondelinge behandeling vond plaats op 11 december 2014, waarna het wrakingsverzoek op 12 december 2014 werd ingediend. Tijdens de zitting van de wrakingskamer op 12 januari 2015 werd het verzoek toegelicht door de gemachtigde van verzoekster, die stelde dat de rechter zich onvriendelijk had gedragen en dat haar non-verbale communicatie een negatieve indruk had gewekt. De rechter voerde echter aan dat zij de argumenten van verzoekster en haar gemachtigde voldoende had gehoord en dat haar gedrag niet duidde op partijdigheid. De wrakingskamer oordeelde dat er geen voldoende gronden waren om te vrezen voor partijdigheid van de rechter. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd genomen met inachtneming van de noodzaak voor rechtzoekenden om vertrouwen te hebben in de onpartijdigheid van de rechterlijke macht. De hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.