ECLI:NL:RBDHA:2015:14814
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de kostendelersnorm en motiveringsgebrek bij bijstandsuitkering
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 18 december 2015, wordt de toepassing van de kostendelersnorm in het kader van de Participatiewet (Pw) besproken. Eiseres, die een kamer huurt, heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders, dat haar bijstandsuitkering met toepassing van de kostendelersnorm heeft vastgesteld op 50% van het Wettelijk Minimumloon (WML). Eiseres betwist dat zij de huurprijs van € 250,- betaalt zoals in het huurcontract staat vermeld; zij stelt dat zij in werkelijkheid € 350,- betaalt, maar kan dit niet aantonen door het ontbreken van huurkwitanties. De rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is, omdat verweerder niet adequaat rekening heeft gehouden met de bewijsnood van eiseres en niet heeft onderzocht of de huurprijs in verhouding staat tot de geleverde prestaties. De rechtbank geeft verweerder de gelegenheid om het gebrek in het besluit te herstellen en schorst de toepassing van de kostendelersnorm tot zes weken na de einduitspraak. Tevens wordt verweerder veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eiseres.