Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de meervoudige kamer van 10 december 2015 in de zaak tussen
[eiser] , te [plaats 1] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Eiser ontvangt een uitkering ingevolge de Pw. Hij woont in bij zijn meerderjarige zuster [naam] op het adres [adres] in [plaats 2] . Verweerder heeft eisers uitkering bij het primaire besluit met ingang van 1 juli 2015 verlaagd met toepassing van de kostendelersnorm. Dit besluit heeft verweerder in bezwaar gehandhaafd. Het bestreden besluit berust op het standpunt dat de kostendelersnorm zoals bedoeld in artikel 22a, eerste lid, van de Pw op eiser van toepassing is, omdat hij met zijn meerderjarige zus in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. Hierdoor kan eiser kosten met zijn zuster kan delen. De norm bedraagt voor hem 50 % van het wettelijk minimumloon.