3.1.De Vereniging vordert bij vonnis, voor zover de wet dat toelaat uitvoer bij voorraad te verklaren, het volgende:
Ten aanzien van alle eisers:
voorwaardelijk
I Indien Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas niet vrijwillig en onder overlegging van justificatoire bescheiden bij conclusie na te noemen gegevens en/of stukken overlegt, haar te gelasten deze gevraagde te gegevens over te leggen (een afschrift te verstrekken) zulks ex artikel 843a Rv. Het betreft de volgende gegevens en/of stukken:
- Offerteprogrammatuur voor de producten KoersPlan, Vermogensplan en FundPlan, zoals deze in de loop der jaren is gebruikt plus een beschrijving van de werking van de hiervoor genoemde offerteprogrammatuur. Eisers menen dat Aegon in eerste instantie kan volstaan met de gebruikte offerteprogrammatuur bij het aanbieden van de producten die aan Eiser 2 (Fundplan), Eiser 3 (Vermogensplan) en Eiser 4 (Koersplan) zijn aangeboden. Eisers sub 2, 3 en 4 kunnen dan hun vorderingen en de door hen geleden schade nader aantonen, terwijl daarmee tevens de Vereniging kan aantonen dat de genoemde verwijten terecht zijn en er schade is geleden.
Ten aanzien van de Vereniging
Primair (1)
I. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas bij het aanbieden van de door hen verkochte Polissen aan haar particuliere wederpartijen onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie hebben verschaft over de kosten die aan de Polissen zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat;
II. voor recht te verklaren dat op Aegon Levensverzekering en op Aegon Spaarkas jegens haar particuliere wederpartijen de verplichting rustte om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde
kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, alsmede dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas deze verplichting niet zijn nagekomen;
III. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas onrechtmatig hebben gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door gebrekkige producten aan hen te verkopen;
IV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas onrechtmatig hebben gehandeld jegens hun particuliere wederpartijen door hen niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hen gedurende de looptijd van de Polissen, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen ten einde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
V. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas met hun voorbeeld berekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument, nu Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas hebben nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door hen gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses;
VI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas gehouden waren, daar zij voorbeeldberekeningen op basis van het meetkundig gemiddelde presenteerde, hun particuliere wederpartijen te waarschuwen dat een hogere gemiddelde jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen;
VII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen hebben gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort zijn geschoten in de op hen rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door hen gebruikte brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel 6:194 BW;
VIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas zich schuldig hebben gemaakt aan churning, door de bruto premie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van de afnemers was en/of voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas zich schuldig hebben gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekenden over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang was van de afnemers;
IX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas de op hen rustende bijzondere zorgplicht jegens haar particuliere wederpartijen hebben geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort zijn geschoten jegens hun particuliere wederpartijen door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van de Polissen;
X. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas, gezien de in deze dagvaarding gemaakte verwijten, onrechtmatig jegens de particuliere afnemers van de door Aegon aangeboden Polissen hebben gehandeld en/of dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas toerekenbaar tekort zijn geschoten jegens de particuliere afnemers van de door Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas aangeboden Polissen;
XI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas ten onrechte kosten hebben ingehouden, nu voor deze kosten geen contractuele grondslag in de contractsdocumentatie was te vinden;
XII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas toerekenbaar te kort zijn geschoten en/of onrechtmatig hebben gehandeld door kosten in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was;
XIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd hebben verrijkt ten opzichte van de afnemers, door kosten in te houden zonder contractuele grondslag;
XIV. voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas ingehouden kosten, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald door de afnemers;
XV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polissen de opgebouwde waarde dienen uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de kosten die ten onrechte zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden kosten;
XVI. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Spaarkas en de afnemers van een spaarkasovereenkomst geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van de te betalen premie voor de overlijdensrisicoverzekering;
XVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens de afnemers van de spaarkasovereenkomsten door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van de premie voor de overlijdensrisicoverzekering en door een te hoge premie in te houden zonder dat hierover wilsovereenstemming bestond;
XVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers, door een te hoog bedrag aan premie overlijdensrisicoverzekering in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte van de te betalen premie bestond;
XIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas voor de spaarkasovereenkomsten op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polissen de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan premie voor de overlijdensrisicoverzekering, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
Subsidiair (2)
XX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan aan haar particuliere wederpartijen onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan dit product zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat;
XXI. voor recht te verklaren dat op Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan jegens haar particuliere wederpartijen de verplichting rustte om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, alsmede dat Aegon Spaarkas deze verplichting niet is nagekomen;
XXII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door een gebrekkig product aan hen te verkopen;
XXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door hen niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hen gedurende de looptijd van dit product, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen teneinde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
XXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan met haar voorbeeldberekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument, nu Aegon Spaarkas heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses;
XXV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan gehouden was haar particuliere wederpartij te waarschuwen dat een hoger gemiddeld jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
XXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel 6:194 BW;
XXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onjuiste, misleidende en/of te rooskleurige eindkapitalen voorspiegelde op het spaarcertificaat van het product Koersplan.
XXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas ten aanzien van het product Koersplan zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de bruto premie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van de afnemers was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang was van de afnemers;
XXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens haar particuliere wederpartijen heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens haar particuliere wederpartijen door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van het Koersplan.
XXX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan onrechtmatig jegens de particuliere afnemers heeft gehandeld en/of dat Aegon Spaarkas toerekenbaar tekort is geschoten jegens deze particuliere afnemers;
XXXI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Koersplan toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door aan- en verkoopkosten in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was.
XXXII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers van een koersplan, door aan- en verkoopkosten in te houden zonder contractuele grondslag;
XXXIII. voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas ingehouden aan- en verkoopkosten, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald door de afnemers van het Koersplan;
XXXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polissen Koersplan de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de aan- en verkoopkosten die ten onrechte zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden kosten;
XXXV. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Spaarkas en de afnemers van een Koersplan geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- de te betalen premie voor de overlijdensrisicoverzekering;
- kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden;
XXXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens de afnemers van het Koersplan door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van de premie voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden en door een te hoge premie en kosten in te houden voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten der belegging der gelden, zonder dat hierover wilsovereenstemming bestond.
XXXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers, door een te hoog bedrag aan premie overlijdensrisicoverzekering en kosten der belegging der gelden in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte van deze inhoudingen bestond;
XXXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas voor Koersplan-overeenkomsten op de einddatum of beëindigingsdatum van deze Polissen de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan premie voor de overlijdensrisicoverzekering en aan kosten ter belegging der gelden, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
XXXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan aan haar particuliere wederpartijen onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan dit product zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat.
XL. voor recht te verklaren dat op Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan jegens haar particuliere wederpartijen de verplichting rustte om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, alsmede dat Aegon Spaarkas deze verplichting niet is nagekomen;
XLI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door een gebrekkig product aan hen te verkopen;
XLII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door hen niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hen gedurende de looptijd van dit product, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen teneinde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
XLIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan met haar voorbeeldberekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument, nu Aegon Spaarkas heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses.
XLIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan gehouden was haar particuliere wederpartij te waarschuwen dat een hoger gemiddeld jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
XLV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel 6:194 BW;
XLVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onjuiste, misleidende en/of te rooskleurige eindkapitalen voorspiegelde op het spaarcertificaat van het product Vermogensplan.
XLVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas ten aanzien van het product Vermogensplan zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de bruto premie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van de afnemers was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang was van de afnemers;
XLVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens haar particuliere wederpartijen heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens haar particuliere wederpartijen door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van het Vermogensplan.
XLIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan onrechtmatig jegens de particuliere afnemers heeft gehandeld en/of dat Aegon Spaarkas toerekenbaar tekort is geschoten jegens deze particuliere afnemers;
L. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas bij het aanbieden van het product Vermogensplan toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door aan- en verkoopkosten in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was.
LI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers van een Vermogensplan, door aan- en verkoopkosten in te houden zonder contractuele grondslag;
LII. voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas ingehouden aan- en verkoopkosten, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald door de afnemers van het Vermogensplan;
LIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polissen Vermogensplan de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de aan- en verkoopkosten die ten onrechte zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden kosten;
LIV. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Spaarkas en de afnemers van een Vermogensplan geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- de te betalen premie voor de overlijdensrisicoverzekering;
- kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden;
LV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens de afnemers van het Vermogensplan door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van de premie voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden en door een te hoge premie en kosten in te houden voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten der belegging der gelden, zonder dat hierover wilsovereenstemming bestond.
LVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers van het product Vermogensplan, door een te hoog bedrag aan premie overlijdensrisicoverzekering en kosten der belegging der gelden in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte deze inhoudingen bestond;
LVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas voor Vermogensplan-overeenkomsten op de einddatum of beëindigingsdatum van deze Polissen de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan premie voor de overlijdensrisicoverzekering en aan kosten ter belegging der gelden, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
LVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan aan haar particuliere wederpartijen onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan dit product zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat.
LIX. voor recht te verklaren dat op Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan jegens haar particuliere wederpartijen de verplichting rustte om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, alsmede dat Aegon Levensverzekering deze verplichting niet is nagekomen;
LX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door een gebrekkig product aan hen te verkopen;
LXI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar particuliere wederpartijen door hen niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hen gedurende de looptijd van dit product op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen teneinde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
LXII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan met haar voorbeeldberekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument, nu Aegon Levensverzekering heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses.
LXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan gehouden was haar particuliere wederpartij te waarschuwen dat een hoger gemiddeld jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
LXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel 6:194 BW;
LXV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering ten aanzien van het product Fundplan zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de bruto premie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van de afnemers was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang was van de afnemers;
LXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens haar particuliere wederpartijen heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens haar particuliere wederpartijen door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van het Fundplan.
LXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan onrechtmatig jegens de particuliere afnemers heeft gehandeld en/of dat Aegon Levensverzekering toerekenbaar tekort is geschoten jegens deze particuliere afnemers;
LXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering bij het aanbieden van het product Fundplan toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door kosten en andere bedragen in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was. Het betreft de volgende inhoudingen:
- kostenverzekeringsmaatschappij (eerste en doorlopende kosten);
- kosten bemiddelaar of verzekeringsadviseur;
- premie overlijdensrisicoverzekering
LXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers van een Fundplan, door kosten in te houden zonder contractuele grondslag;
LXX. voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering ingehouden bedragen, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald door de afnemers van het Fundplan;
LXXI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polissen Fundplan de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden de bedragen die ten onrechte door Aegon Levensverzekering zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
LXXII. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Levensverzekering en de afnemers van een Fundplan geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- aan- en verkoopkosten;
- fondsbeheerkosten;
-wijzigingskosten
LXXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens de afnemers van het Fundplan door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van aan- en verkoopkosten, de fondsbeheerskosten en/of de wijzigingskosten en over te gaan tot inhouding van deze kosten zonder dat over de hoogte wilsovereenstemming bestond.
LXXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van de afnemers van een Fundplan, door een te hoog bedrag aan aan- en verkoopkosten, fondsbeheerkosten en/of wijzigingskosten in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte deze inhoudingen bestond;
LXXV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering voor Fundplan-overeenkomsten op de einddatum of beëindigingsdatum van deze Polissen de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan aan- en verkoopkosten, fondsbeheerskosten en/of wijzigingskosten, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
zowel primair als subsidiair (3)
LXXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas, voor zover mogelijk hoofdelijk, gehouden zijn de door de Vereniging gemaakte kosten tot vaststelling van de schade en de aansprakelijkheid te vergoeden, welke kosten nader zijn op te maken bij staat;
LXXVII. Aegon Levensverzekering en Aegon Spaarkas te veroordelen in de kosten van deze procedure/ alsmede tot betaling van nakosten van € 131,- zonder betekening of € 199,- indien sprake is van betekening, te voldoen binnen tien dagen na de dagtekening van het in deze zaak te wijzen vonnis en – zou zij die proceskosten niet binnen die termijn voldoen – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.
Ten aanzien van eiser sub 2
LXXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering aan Eiser 2 onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan zijn Polis zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat;
LXXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering jegens Eiser 2 tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld nu zij de op haar rustende verplichting om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, niet is nagekomen;
LXXX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 2 door een gebrekkig product aan hem te verkopen;
LXXXI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 2 door hem niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hem gedurende de looptijd van zijn Polis, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen ten einde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
LXXXII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering met haar voorbeeld- berekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument en voor Eiser 2, nu Aegon Levensverzekering heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses vanaf invoering van de Code;
LXXXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering gehouden was, als zij voorbeeldberekeningen op basis van het meetkundig gemiddelde presenteerde, Eiser 2 te waarschuwen dat een hogere gemiddelde jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
LXXXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte en brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel 6:194 BW.
LXXXV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de brutopremie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van Eiser 2 was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang van Eiser 2 was;
LXXXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens Eiser 2 heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens eiser door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van de Polissen.
LXXXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering, gezien de haar in deze dagvaarding gemaakte verwijten, onrechtmatig jegens Eiser 2 heeft gehandeld en/of dat Aegon Levensverzekering toerekenbaar tekort is geschoten jegens Eiser 2;
LXXXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering jegens Eiser 2 toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door kosten en andere bedragen in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was. Het betreft de volgende inhoudingen:
- kostenverzekeringsmaatschappij (eerste en doorlopende kosten);
- kosten bemiddelaar of verzekeringsadviseur;
- premie overlijdensrisicoverzekering
LXXXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte Eiser 2 door kosten in te houden zonder contractuele grondslag;
XC. voor recht te verklaren dat de door Aegon Levensverzekering ingehouden bedragen, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald;
XCI. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polis de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden de bedragen die ten onrechte door Aegon Levensverzekering zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
XCII. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Levensverzekering en Eiser 2 geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- aan- en verkoopkosten;
- fondsbeheerkosten;
-wijzigingskosten
XCIII. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens Eiser 2 door hem niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van aan- en verkoopkosten, de fondsbeheerskosten en/of de wijzigingskosten en over te gaan tot inhouding van deze kosten zonder dat over de hoogte wilsovereenstemming bestond.
XCIV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van Eiser 2, door een te hoog bedrag aan aan- en verkoopkosten, fondsbeheerkosten en/of wijzigingskosten in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte deze inhoudingen bestond;
XCV. voor recht te verklaren dat Aegon Levensverzekering op de einddatum of beëindigingsdatum van de Polis de opgebouwde waarde dient uit te keren, welke opgebouwde waarde vermeerderd dient te worden met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan aan- en verkoopkosten, fondsbeheerskosten en/of wijzigingskosten, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
XCVI. Aegon Levensverzekering te veroordelen tot vergoeding van de door eiser geleden schade als gevolg van de in deze dagvaarding aan Aegon Levensverzekering gemaakte verwijten, welke schade dient te worden opgemaakt bij staat en vereffend volgens de wet, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover;
XCVII. Aegon Levensverzekering te veroordelen in de kosten van deze procedure/ alsmede tot betaling van nakosten van € 131,- zonder betekening of € 199,- indien sprake is van betekening, te voldoen binnen tien dagen na de dagtekening van het in deze zaak te wijzen vonnis en – zou zij die proceskosten niet binnen die termijn voldoen – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.
Ten aanzien van eiser sub 3
XCVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas aan Eiser 3 onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan zijn Polis zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat;
XCIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas jegens Eiser 3 tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld nu zij de op haar rustende verplichting om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, niet is nagekomen;
C. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 3 door een gebrekkig product aan hem te verkopen;
CI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 3 door hem niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hem gedurende de looptijd van zijn Polis, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen ten einde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
CII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas met haar voorbeeldberekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument en voor Eiser 3 , nu Aegon Spaarkas heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses vanaf invoering van de Code;
CIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas gehouden was, als zij voorbeeldberekeningen op basis van het meetkundig gemiddelde presenteerde, Eiser 3 te waarschuwen dat een hogere gemiddelde jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
CIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte en
brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel
6:194 BW.
CV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas aan Eiser 3 onjuiste, misleidende en/of te rooskleurige eindkapitalen voorspiegelde op het spaarcertificaat.
CVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de brutopremie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van Eiser 3 was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang was van Eiser 3;
CVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens Eiser 3 heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens Eiser 3 door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van zijn Polis.
CVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas, gezien de haar in deze dagvaarding gemaakte verwijten, onrechtmatig jegens Eiser 3 heeft gehandeld en/of dat Aegon Spaarkas toerekenbaar tekort is geschoten jegens Eiser 3;
CIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas jegens Eiser 3 toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door aan- en verkoopkosten in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was.
CX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van Eiser 3, door aan- en verkoopkosten in te houden zonder contractuele grondslag;
CXI. voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas ingehouden aan- en verkoopkosten, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald;
CXII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas op de einddatum van de Polis uitgekeerde waarde van de Polis, dient te verhogen met de kosten die ten onrechte zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden kosten;
CXIII. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Spaarkas en Eiser 3 geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- de te betalen premie voor de overlijdensrisicoverzekering;
- kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden;
CXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens Eiser 3 door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van de premie voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden en door een te hoge premie en kosten in te houden voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten der belegging der gelden, zonder dat hierover wilsovereenstemming bestond.
CXV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van Eiser 3, door een te hoog bedrag aan premie overlijdensrisicoverzekering en kosten der belegging der gelden in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte van deze inhoudingen bestond;
CXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas het bij beëindiging van de Polis uitgekeerde bedrag dient te verhogen met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan premie voor de overlijdensrisicoverzekering en aan kosten ter belegging der gelden, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
CXVII. Aegon Spaarkas te veroordelen tot vergoeding van de door Eiser 3 geleden schade als gevolg van de in deze dagvaarding aan Aegon Spaarkas gemaakte verwijten, welke schade dient te worden opgemaakt bij staat en vereffend volgens de wet, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover;
CXVIII. Aegon Spaarkas te veroordelen in de kosten van deze procedure/ alsmede tot betaling van nakosten van € 131,- zonder betekening of € 199,- indien sprake is van betekening, te voldoen binnen tien dagen na de dagtekening van het in deze
zaak te wijzen vonnis en – zou zij die proceskosten niet binnen die termijn voldoen – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten
gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.
Ten aanzien van eiser sub 4
CXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas aan Eiser 4 onvoldoende duidelijke en onvolledige informatie heeft verschaft over de kosten die aan zijn Polis zijn verbonden en de invloed van deze kosten op het te behalen eindresultaat;
CXX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas jegens Eiser 4 tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld nu zij de op haar rustende verplichting om te waarschuwen tegen het bijzondere risico dat ten gevolge van de hoogte van de kosten en de wijze waarop de kosten in rekening worden gebracht de mogelijkheid bestond dat het voorgespiegelde kapitaal niet uitgekeerd zou kunnen worden, niet is nagekomen;
CXXI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 4 door een gebrekkig product aan hem te verkopen;
CXXII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld jegens Eiser 4 door hem niet te waarschuwen en/of voor te lichten over het crashrisico en/of door hem gedurende de looptijd van zijn Polis, op het moment dat de negatieve effecten van het genoemde crashrisico zich voordeden, niet in te lichten over deze negatieve gevolgen en/of geen maatregelen te treffen ten einde de negatieve gevolgen op te heffen en/of te beperken;
CXXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas met haar voorbeeldberekeningen een onjuist en te rooskleurig beeld heeft geschetst voor de gemiddelde consument en voor Eiser 4 , nu Aegon Spaarkas heeft nagelaten een nadere toelichting te geven omtrent de door haar gebruikte rekenmethodiek (meetkundige berekening) bij de door haar gebruikte prognoses vanaf invoering van de Code;
CXXIV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas gehouden was, als zij voorbeeldberekeningen op basis van het meetkundig gemiddelde presenteerde, Eiser 4 te waarschuwen dat een hogere gemiddelde jaarlijkse koersstijging vereist was dan het gebruikte rendementspercentage om het geprognosticeerde eindkapitaal te behalen.
CXXV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas, daar waar zij in de voorbeeldberekeningen heeft gerekend met een gelijkblijvend jaarlijks rendement op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of met een gelijkblijvend jaarlijks rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds, tekort is geschoten in de op haar rustende informatieplicht, nu deze informatie een onjuist en te rooskleurig beeld geeft van het te verwachten eindkapitaal en/of voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas op basis van het rekenkundig gemiddelde en/of een rendement dat geen relatie heeft met het onderliggende fonds berekende voorbeeldkapitalen in de door haar gebruikte en
brochures kwalificeren als een misleidende mededeling in de zin van artikel
6:194 BW.
CXXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas aan Eiser 4 onjuiste, misleidende en/of te rooskleurige eindkapitalen voorspiegelde op het spaarcertificaat.
CXXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, door de brutopremie eerst geheel te beleggen en vervolgens weer verkopen te verrichten ten einde de kosten te betalen, waardoor feitelijk extra transactiekosten (aan- en verkoopkosten) werden verricht, zonder dat zulks in het belang van Eiser 4 was; en/of voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich schuldig heeft gemaakt aan churning, nu zij aan- en verkoopkosten berekende over een gedeelte van de premie dat niet bestemd was voor vermogensopbouw (maar om kosten te voldoen) zonder dat zulks in het belang van Eiser 4 was;
CXXVIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas de op haar rustende bijzondere zorgplicht jegens Eiser 4 heeft geschonden en/of dat zij naar maatstaven van burgerlijk (contracten)recht tekort is geschoten jegens Eiser 4 door niet, althans onvoldoende te informeren en voor te lichten over en te waarschuwen voor de in deze dagvaarding genoemde bijzondere kosten en risico’s en eigenschappen van de Polis van Eiser 4.
CXXIX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas, gezien de haar in deze dagvaarding gemaakte verwijten, onrechtmatig jegens Eiser 4 heeft gehandeld en/of dat Aegon Spaarkas toerekenbaar tekort is geschoten jegens Eiser 4;
CXXX. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas jegens Eiser 4 toerekenbaar tekort is geschoten en/of onrechtmatig heeft gehandeld door aan- en verkoopkosten in te houden zonder dat hiervoor een contractuele grondslag aanwezig was.
CXXXI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van Eiser 4, door aan- en verkoopkosten in te houden zonder contractuele grondslag;
CXXXII. voor recht te verklaren dat de door Aegon Spaarkas ingehouden aan- en verkoopkosten, waarvoor geen contractuele grondslag aanwezig was, onverschuldigd zijn betaald;
CXXXIII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas op de einddatum van de Polis uitgekeerde waarde van de Polis, dient te verhogen met de kosten die ten onrechte zijn ingehouden (geen contractuele grondslag) en vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden kosten;
CXXXIV. voor recht te verklaren dat tussen Aegon Spaarkas en Eiser 4 geen wilsovereenstemming bestond over de hoogte van:
- de te betalen premie voor de overlijdensrisicoverzekering;
- kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden;
CXXXV. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas onrechtmatig heeft gehandeld en/of toerekenbaar te kort is geschoten jegens Eiser 4 door hen niet, althans onvoldoende voor te lichten over de hoogte van de premie voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten voortvloeiende uit de belegging der gelden en door een te hoge premie en kosten in te houden voor de overlijdensrisicoverzekering en de kosten der belegging der gelden, zonder dat hierover wilsovereenstemming bestond.
CXXXVI. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas zich ongerechtvaardigd heeft verrijkt ten opzichte van Eiser 4, door een te hoog bedrag aan premie overlijdensrisicoverzekering en kosten der belegging der gelden in te houden zonder dat er tussen partijen wilsovereenstemming over de hoogte van deze inhoudingen bestond;
CXXXVII. voor recht te verklaren dat Aegon Spaarkas het op de einddatum van de Polis uitgekeerde bedrag dient te verhogen met de te hoge bedragen die ten onrechte zijn ingehouden aan premie voor de overlijdensrisicoverzekering en aan kosten ter belegging der gelden, vermeerderd met het misgelopen rendement over deze ingehouden bedragen;
CXXXVIII. Aegon Spaarkas te veroordelen tot vergoeding van de door Eiser 4 geleden schade als gevolg van de in deze dagvaarding aan Aegon Spaarkas gemaakte verwijten, welke schade dient te worden opgemaakt bij staat en vereffend volgens de wet, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover;
CXXXIX. Aegon Spaarkas te veroordelen in de kosten van deze procedure/ alsmede tot betaling van nakosten van € 131,- zonder betekening of € 199,- indien sprake is van betekening, te voldoen binnen tien dagen na de dagtekening van het in deze
zaak te wijzen vonnis en – zou zij die proceskosten niet binnen die termijn voldoen – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten
gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.