Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 januari 2015, met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
- het tussenvonnis van 8 april 2015 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van comparitie van 7 juli 2015 met de daarin vermelde stukken;
- de brief van 14 juli 2015 van de zijde van Tacx met aanvullingen op en opmerkingen over het proces-verbaal;
- de op 28 juli 2015 ingezonden (kopie van de) e-mail van de zijde van Feryn, met daarin aanvullingen op en opmerkingen over het proces-verbaal;
- de brief van 28 juli 2015 van de zijde van Tacx waarin bezwaar wordt gemaakt tegen voormelde e-mail van 28 juli 2015.
2.De feiten
in conventie
[van toepassing, toevoeging rechtbank], aangehecht als bijlage E;
“eerste voororder voor het komende winterseizoen”.
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
NJ1998/241). De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend en overweegt daartoe het volgende.
alle transactiestussen partijen. Op het voorblad bij de aan de overeenkomst gehechte algemene voorwaarden is overeengekomen dat Tacx
goederen levertaan de hand van de algemene voorwaarden. Het door partijen voor akkoord ondertekende voorblad bij de algemene voorwaarden moet naar het oordeel van de rechtbank worden geacht onderdeel te vormen van de overeenkomst. Gelet op de tekst van de overeenkomst, waaronder het voorblad, zien de algemene voorwaarden naar het oordeel van de rechtbank op bestellingen en leveringen van Tacx-producten aan Feryn en niet in zijn algemeenheid op alle over en weer geldende verplichtingen van partijen uit de overeenkomst. Dat in artikel 1 van de algemene voorwaarden is bepaald dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn op alle rechtsbetrekkingen, maakt het oordeel van de rechtbank op dit punt niet anders, nu, zo is tussen partijen niet in geschil, de overeenkomst prevaleert.