Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De feiten
kan echter slechts onder bijzondere omstandigheden slagen.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 19 maart 2014 uitspraak gedaan in een kort geding dat was aangespannen door eiser, die zich in een penitentiaire inrichting bevond. Eiser vorderde primair een verbod op zijn overlevering aan de Griekse autoriteiten, en subsidiair verzocht hij om nader onderzoek naar de bedreigingen die hij zou ondervinden en naar zijn medische klachten. De achtergrond van de zaak betreft een Europees aanhoudingsbevel dat door de Griekse autoriteiten was uitgevaardigd in verband met strafbare feiten die eiser zou hebben gepleegd, waaronder deelname aan een criminele organisatie en illegale handel in verdovende middelen. De rechtbank Amsterdam had eerder besloten dat de overlevering van eiser aan Griekenland was toegestaan. Eiser stelde dat er nieuwe feiten waren die niet door de rechtbank Amsterdam waren meegewogen, waaronder zijn slechte gezondheid en de omstandigheden in Griekse gevangenissen. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat er geen sprake was van nieuwe feiten die de eerdere beslissing konden ondermijnen. De rechtbank verwierp het verweer van eiser en concludeerde dat de overlevering niet onrechtmatig was. De vorderingen van eiser werden afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten.