Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
AWB 14 /18695 (beroep)
[verzoeker],
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Procesverloop
Overwegingen
In diezelfde periode is een poging gedaan om verzoeker te vermoorden, maar hij heeft de aanslag overleefd. Verzoeker is vervolgens bij een andere oom in de wijk [wijk] gaan wonen tot [datum] 2014. In die periode werd verzoeker regelmatig telefonisch bedreigd door Al Shabaab. In augustus 2013 is verzoeker voor de Verenigde Naties gaan werken als [beroep]. Op [datum] 2014 is verzoeker na zijn huwelijk in een ander huis gaan wonen in de wijk [wijk]. Op [datum] 2014 kwamen leden van Al Shabaab naar dat huis en vermoordden de halfbroer en halfzus van verzoeker. Zij waren op zoek naar verzoeker. Verzoeker werd door zijn echtgenote, die op dat moment thuis was, per sms geïnformeerd over wat er gebeurd was. Verzoeker is naar zijn huis gegaan en heeft zijn halfbroer en halfzus begraven. Daarna heeft verzoeker tot zijn vertrek uit Somalië in een hotel in Mogadishu verbleven. Ook hier kreeg verzoeker bericht van Al Shabaab dat zij wisten waar hij zich bevond, zodat verzoeker Somalië heeft verlaten.
.Het bestreden besluit is niet deugdelijk gemotiveerd en zal worden vernietigd wegens strijd met het bepaalde in artikel 3:46 Awb. Daaruit vloeit voort dat het bestreden besluit, voor zover dat een terugkeerbesluit inhoudt en daarbij een inreisverbod is opgelegd eveneens geen stand houdt. Verweerder zal worden opdragen een nieuw besluit te nemen op de aanvraag met inachtneming van hetgeen is overwogen in deze uitspraak.
Het beroep tegen de vrijheidsontnemende maatregel
- zich zonder noodzaak ontdaan van zijn reis- of identiteitspapieren;
- in het Nederlandse rechtsverkeer gebruikt gemaakt van valse of vervalste documenten;
- geen vaste woon- of verblijfplaats en;
- onvoldoende middelen van bestaan tot zijn beschikking.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond en beveelt de opheffing van de vrijheidsontnemende maatregel met ingang van heden;
- draagt verweerder op € 1.200,- als schadevergoeding aan eiser te betalen;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 487,- te betalen.