Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 3 januari 2014 met producties 1 tot en met 12,
- de conclusie van antwoord van 5 maart 2014 met producties 1 tot en met 13,
- het tussenvonnis van 19 maart 2014, waarbij een comparitie van partijen is gelast,
- de akte aanvullende productie zijdens Nickelson met productie 13,
- de akte houdende overlegging aanvullende producties zijdens Cool Cat met producties 14 tot en met 21,
- het proces-verbaal van comparitie van 25 juni 2014 met de daarin opgenomen akte vermindering van eis ter zitting en de daaraan gehechte brief van mr. Schaap van 7 juli 2014.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
kids en teensegment’en op ‘
trendy straatjongeren’. Wat er verder ook zij van deze doelgroepen, niet in geschil is dat het een modebewust publiek betreft. Aan dat publiek kan een relatief grote mate van deskundigheid ten aanzien van het uiterlijk van kledingstukken worden toegedicht.
ex nuncplaats te vinden.
ex nunc) geen jassen worden betrokken waarvan niet vaststaat dat die in juli 2013 al op de markt waren. Dat is het geval bij de door Cool Cat overgelegde jassen van derden die in het najaar van 2013 op de markt waren. Het feit dat die jassen behoren tot wintercollecties 2013/2014 betekent niet dat zij in juli 2013 al op de markt waren. Dat kan net zo goed in de maanden daarna zijn gebeurd. Om die reden worden de door Cool Cat overgelegde afbeeldingen van jassen van derden niet bij de beoordeling van de gestelde onrechtmatige daad vanaf juli 2013 betrokken. De rechtbank zal de in 2.6 afgebeelde jassen wel bij de beoordeling betrekken, nu Nickelson zelf stelt dat die de relevante markt vormen ten opzichte waarvan haar jassen zich onderscheiden. Uit die stelling volgt dat Nickelson die jassen beschouwt als de relevante markt voor de bepaling van het onderscheidend vermogen van de Nickelson jassen. Dat geldt eveneens voor de in 2.5 afgebeelde Cool Cat jassen, waarvan Nickelson niet heeft bestreden dat die behoorden tot oudere collecties van Cool Cat, die in juli 2013 al op de markt waren gekomen.
(‘post sale’). Ook door deze wijze van vraagstelling zijn de uitkomsten van het marktonderzoek onbetrouwbaar en kan het marktonderzoek niet bijdragen aan de onderbouwing van de gestelde verwarring.
umfelt’, een eigen plaats op de markt in in juli 2013. Ook de goudkleur van de jas wijkt af van de meeste in 2.6 afgebeelde jassen. Cool Cat heeft echter betoogd dat goud in 2013 een belangrijke modekleur was, zodat het gebruik van die kleur niet kan bijdragen aan het onderscheidend vermogen van model Sylvie. Nickelson heeft die stelling niet weersproken en noemt de goudkleur zelf niet als onderscheidend aspect van model Sylvie, zodat de rechtbank daar ook niet van uit zal gaan.