ECLI:NL:RBBRE:2012:BV6669
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
WOZ-beschikking en taxatierapport in geschil over onroerende zaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 25 januari 2012 uitspraak gedaan in een geschil over de waardering van een onroerende zaak, gelegen in de gemeente Dongen, in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). De belanghebbende, een B.V., had bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking van de heffingsambtenaar, die de waarde van de onroerende zaak had vastgesteld op € 3.361.000 per waardepeildatum 1 januari 2010. De rechtbank heeft vastgesteld dat de heffingsambtenaar niet aan zijn bewijslast heeft voldaan en dat het taxatierapport van de belanghebbende, ondanks een latere waardepeildatum, relevante bewijskracht heeft voor het onderhavige tijdvak. De rechtbank heeft de waarde van de onroerende zaak uiteindelijk vastgesteld op € 2.277.652, waarbij zij de huurwaardekapitalisatiemethode heeft toegepast en verschillende elementen zoals onderhoudskosten, leegstandsrisico en risico-opslag in aanmerking heeft genomen.
De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar vernietigd, en de heffingsambtenaar veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De rechtbank heeft ook de heffingsambtenaar gelast het door de belanghebbende betaalde griffierecht te vergoeden.