ECLI:NL:RBBRE:2010:BM7085
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.M. de Werd
- C.A.F.M. Stassen
- R.W. Otto
- Rechtspraak.nl
Vernietiging beschikking aansprakelijkstelling door de Belastingdienst
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 3 mei 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, wonende te [woonplaats], en de ontvanger van de Belastingdienst Oost-Brabant, kantoor ‘s-Hertogenbosch. De zaak betreft een bezwaar tegen een beschikking van de ontvanger van 22 januari 2009, waarbij de eiser aansprakelijk werd gesteld voor een bedrag van € 42.844, met dagtekening 25 juni 2008. De rechtbank heeft op 22 april 2010 een zitting gehouden, waarbij de ontvanger werd vertegenwoordigd door mr. [gemachtigde]. De eiser is niet verschenen, maar had de rechtbank op de hoogte gesteld van zijn afwezigheid.
De rechtbank heeft het beroep van de eiser gegrond verklaard en de beschikking aansprakelijkstelling, alsmede de uitspraak op bezwaar, vernietigd. Tevens is de ontvanger veroordeeld in de proceskosten van de eiser, vastgesteld op € 2.285,53, en is gelast dat de ontvanger het door de eiser betaalde griffierecht van € 39 aan hem vergoedt. De rechtbank heeft overwogen dat de ontvanger onjuist is geïnformeerd door de inspecteur, wat heeft geleid tot de onterechte aansprakelijkstelling van de eiser. De rechtbank heeft de werkelijke proceskosten van de eiser vastgesteld op de helft van het door de gemachtigde opgegeven bedrag van € 4.571,06, omdat er geen onderscheid was gemaakt tussen de kosten van de bezwaarfase en de beroepsfase.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank en is openbaar uitgesproken. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch. De rechtbank heeft de procedure en de vereisten voor het instellen van hoger beroep uiteengezet, inclusief de noodzaak om een afschrift van de uitspraak bij het beroepschrift te voegen.