ECLI:NL:RBBRE:2009:BI6040
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Omzetbelasting bij levering van werkboek en Cd-rom in het onderwijs
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda, ging het om een geschil over de naheffingsaanslag omzetbelasting die was opgelegd aan de eiseres, een onderwijsinstelling, voor de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004. De inspecteur van de Belastingdienst had een naheffingsaanslag van € 1.125.840 opgelegd, die betrekking had op de levering van werkboeken met bijbehorende Cd-roms. De eiseres stelde dat de levering van het werkboek met Cd-rom moest worden aangemerkt als één goed, dat onder het lage omzetbelastingtarief viel, terwijl de inspecteur van mening was dat het om twee afzonderlijke leveringen ging, elk belast tegen verschillende tarieven.
Tijdens de zitting op 23 april 2009 werd duidelijk dat de Cd-rom complementair was aan het werkboek en niet afzonderlijk kon worden gebruikt. De rechtbank oordeelde dat de Cd-rom en het werkboek zodanig functioneel met elkaar samenhangen dat de levering van de Cd-rom opgaat in de levering van het werkboek. Hierdoor kon de levering van het geheel worden aangemerkt als de levering van een boek, zoals bedoeld in de Wet op de omzetbelasting 1968, en viel deze onder het lage tarief.
De rechtbank verklaarde het beroep van de eiseres gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar van de inspecteur, en verminderde de naheffingsaanslag tot € 98.734. Tevens werd de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de eiseres ter hoogte van € 805 en moest de Staat het door de eiseres betaalde griffierecht van € 281 vergoeden. De uitspraak werd gedaan op 6 mei 2009, en partijen konden binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof.