ECLI:NL:RBBRE:2006:AY6598
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van het verlaagde omzetbelastingtarief op sieraden vervaardigd door een erkend kunstenaar
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 20 juni 2006 uitspraak gedaan over de toepassing van het verlaagde omzetbelastingtarief op sieraden die zijn vervaardigd door de echtgenoot van de belanghebbende, die erkend kunstenaar is. De belanghebbende, die een galerie en atelier voor edelsmeedkunst exploiteert, had bezwaar gemaakt tegen een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2003. De rechtbank oordeelde dat de echtgenoot, als kunstenaar, sieraden ontwerpt en vervaardigt die gekenmerkt kunnen worden als persoonlijke creaties. Dit oordeel is gebaseerd op de stukken van het geding en de toelichting die de echtgenoot ter zitting heeft gegeven.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris van Financiën in een brief van 16 december 2004 had toegezegd dat voor dergelijke sieraden het lage omzetbelastingtarief kan worden toegepast. De rechtbank oordeelde dat de belanghebbende zich terecht op deze toezegging heeft beroepen, wat leidt tot het recht op teruggaaf van de op aangifte voldane omzetbelasting voor het derde en vierde kwartaal van 2004. De rechtbank heeft de uitspraken op bezwaar vernietigd en de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende.
De rechtbank heeft ook de ontvankelijkheid van het bezwaar tegen de omzetbelasting voor de eerste twee kwartalen van 2004 beoordeeld en geconcludeerd dat dit bezwaar niet-ontvankelijk was, omdat het niet tijdig was ingediend. De rechtbank heeft de inspecteur veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de belanghebbende tot een bedrag van € 360 en heeft het door de belanghebbende betaalde griffierecht van € 138 aan haar vergoed.