Uitspraak
RECHTBANK BREDA
1.Beslissing
verklaarthet beroep
niet-ontvankelijk.
Rechtbank Breda
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 9 februari 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de ontvanger van de Belastingdienst Oost-Brabant. De belanghebbende, vertegenwoordigd door een curator na faillissement, had beroep ingesteld tegen de aansprakelijkstelling voor naheffingsaanslagen in de omzetbelasting. De aansprakelijkstelling was gedaan op 30 december 2004, en de belanghebbende was op 21 september 2005 failliet verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aansprakelijkheidsverplichting tot de failliete boedel behoort en dat de curator niet op de zitting is verschenen. De ontvanger heeft ontslag van instantie gevraagd, wat door de rechtbank is toegewezen. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen redenen waren om de procedure voort te zetten, en heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan in het kader van de Algemene wet bestuursrecht en de Faillissementswet, waarbij de rechtbank de relevante artikelen heeft toegepast. De beslissing is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep of cassatie.