ECLI:NL:RBBRE:2005:BB9158
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D. Hund
- M.S.J. Pijnenburg - Braspenning
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaarschrift inzake teruggave omzetbelasting in het kader van opkoopregeling varkens
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 20 oktober 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de inspecteur van de Belastingdienst. De eiser, die betrokken was bij de opkoopregeling varkens in 1997, had bezwaar gemaakt tegen de niet-ontvankelijkverklaring van zijn verzoek om ambtshalve teruggave van omzetbelasting. Dit verzoek was ingediend op 2 februari 2005, bijna zes jaar na het verstrijken van de wettelijke bezwaartermijn van zes weken. De rechtbank oordeelde dat de inspecteur terecht had geoordeeld dat het bezwaarschrift niet-ontvankelijk was, omdat de eiser niet aannemelijk had gemaakt dat er een afspraak was gemaakt die hem het vertrouwen had gegeven dat zijn later ingediende suppletieaangifte onder het eerder ingediende bezwaar zou vallen.
De rechtbank overwoog dat de eiser in zijn bezwaar had gesteld dat de termijnoverschrijding verschoonbaar was, maar kon dit niet onderbouwen. De rechtbank verwees naar een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waarin was vastgesteld dat er geen omzetbelasting verschuldigd was over een levering aan het Voedselvoorzieningsin- en verkoopbureau in het kader van de opkoopregeling. De rechtbank concludeerde dat de eiser terecht niet-ontvankelijk was verklaard en dat het beroep ongegrond was.
De rechtbank heeft geen termen aanwezig geacht voor het toekennen van een proceskostenvergoeding. De uitspraak is gedaan door mr. D. Hund en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. M.S.J. Pijnenburg - Braspenning. De beslissing is op 20 oktober 2005 in het openbaar uitgesproken en een afschrift is aangetekend verzonden aan de partijen.