ECLI:NL:RBASS:2012:BW8893
Rechtbank Assen
- Wraking
- E. Läkamp
- H.H.A. Fransen
- J.L. Boxum
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen kantonrechter in verkeersboetezaak
In deze zaak heeft verzoeker op 15 mei 2012 een wrakingsverzoek ingediend tegen de kantonrechter in een lopende procedure met nummer 343190 / MB VERZ 12-45. Verzoeker stelt dat de kantonrechter partijdig is, omdat hij een vordering tegen justitie niet in de procedure betrekt, wat verzoeker als discriminatie ervaart. Hij wijst erop dat de kantonrechter niet bevoegd is om over bedragen boven de € 25.000,00 te oordelen, en dat het Openbaar Ministerie (OM) de rechtsgang beïnvloedt door het niet inhoudelijk behandelen van bezwaren als de boete niet binnen 14 dagen wordt betaald. De kantonrechter heeft in een brief laten weten niet in de wraking te berusten en geen behoefte te hebben om gehoord te worden. De mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek vond plaats op 30 mei 2012.
De rechtbank heeft het verzoek tot wraking afgewezen. De wrakingskamer oordeelt dat de door verzoeker aangevoerde feiten en omstandigheden geen uitzonderlijke situatie opleveren die de vrees voor onpartijdigheid van de kantonrechter rechtvaardigt. De rechtbank benadrukt dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er zwaarwegende aanwijzingen zijn voor het tegendeel. De beslissing van de kantonrechter om de vordering van verzoeker tegen justitie niet te betrekken in de procedure wordt als een processuele beslissing beschouwd, waaruit geen partijdigheid blijkt. Ook de verplichting voor verzoeker om de boete voorafgaand aan de behandeling van zijn beroep te betalen, doet niets af aan de onpartijdigheid van de kantonrechter. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van onpartijdigheid en wijst het wrakingsverzoek af.