Dag [voornaam eiser sub 1] met [voornaam betrokkene]. Ik wou alleen even zeggen dat wij het werk bij jouw instellen (stoppen, vzr).Want jij gaat naar de advocaat en dat is goed en ik ga ook naar de advocaat en dan kunnen hun dat regelen.
Dat is prima jong maar jij bent ingebreken en dat kan niet.
Ik denk dat wat jij gezegt heb op de antwoordapparaat dat kan niet, de heele Familie uitgescholden en bedrijgt
Maar als ik jou een klotsak find en jij bent een slappe lul
Ik en de familie ook
Jouw familie ook. Jij bent een klotsak.
Ik ben een klotsak of ben jij een klotsak?
Jij bent godverdomme een lul jonge. Ik zoek jou op klotsak. Ik krijg jou, echt waar.
[voornaam eiser sub 1]
Met de advocaat krijg ik jou en anders krijg ik jou zo.
Dat moet jij dan maar doen.
Jij met je groote muil.
Dat jij eens weet ga maar niet meer op mijn hoof want de politie heb ik al gebeld, dan weet jij voldoende en alleen maar via de advocaat bellen niet meer bellen, niet meer mailen alleen maar via de advocaat.
Ik zou jou pakke, ik zou jou pakke
Wat will jij mij bedrijgen?
Ja nee jij bent net zo een groote klotsak als (…) is.
Dan denk jij ja.
Als jij een man bent dan kom jij om er over te praten maar dat ben jij niet.
Wat moet ik dan met jou nog praten. Jij hebt mijn heele familie bedrijgt en uitgescholden allemal zijn ze klotsakke en die vraag is toch wie is een klotsak? Ben jij een klotsak of ben ik een klotsak?
Het is de eerste keer in mijn leven dat het met een klant zo doorloopt. Jij maakt mijn nerven kapot [voornaam eiser sub 1].
Dat ligt toch aan jou.
Dat ligt an mij?
Jij houdt je niet aan afspraaken
Oh dat ligt aan mij? Okay [voornaam eiser sub 1], dat heeft geen zin meer, alleen nog via de advocaat niet meer bellen, niet meer mailen.
Morgen hoor jij van mijn advocaat en dan komen wij er denk ik uit.
Ik denk dat het jou veel geld kost.
Dat geeft nix, ik ben goed verzeekerd.
Jij maakt fouten
Ik maak fouten?
Is goed, [voornaam eiser sub 1] dat heeft geen zin meer, ik heb de nerven blank van jou bellen of ik ziek ben of op vakantie ben.
Want jij bent een schijte zak. Ik zal zorgen dat bij al die mensen om jou heen dat zij een heel slecht bild van jou nehmen.
Dan ga dat maar doen, dat maakt mij nix uit.
Echt waar jonge, slappe zak.
Ja kom maar [voornaam eiser sub 1]
Ik zie jou nog wel, ik zie jou nog wel.
Dat denk ik niet, ik heb de politie al gebeld.
Dat interesseert mij geen reet, jij moet laten zien dat jij een man bent.
Hoe dan, hoe dan?
Ik ben heel sociaal geweest, ik heb heel veel geduld aan jou gehad maar overal is een grens aan en jij hebt zo veel schijt aan mij en daar heb ik zo moeijte mee. Jij weet op elke positie jij komt, jou broer heeft je zelf vervaare en daar heb jij schijt aan en dan denk ik voor mijzelf jij bent een slecht mens.
Jij hebt geen character. Ik ben een man met character. Ik wil met jou aan een tafel zitten en zeggen wat er is. Het hoeft niet op een slechte manier maar gewoon zakelijk en persoonlijk uitleggen wat er is.
Dan heb ik nu een vraag, ben jij zakelijk? Ben jij zakelijk?
Ik ben zakelijk
Ja?
Jij brengt mij tot het uiterste, jij brengt mij tot het uiterste
Ik breng jou to het uiterstePas op, jij heb mij
Wat will jij dan nog, jij belt niet terug.
Wij hebben dinsdag gebeld. Jij vroeg, wanneer zijn jullie op de kavel. Dan heb ik gezegt om 08.00 uur dan heb jij zaterdag, en op zaterdag gaan wij niet werken want dat is private tijd, jij hebt zaterdag gebeld
Heele kleine mooeijte groote plecier.
En vandaag hadden wij een afspraak met de electriker.
Wat denk jij dan? Dat ik dan nog zeg naar dat jij op de mailbox ingesprooken hebt, de heel familie zijn klotzakken, Schwänze und shit [voornaam betrokkene], dat ik dan zeg mooi [voornaam eiser sub 1] heb jij mooi gedaan. Denk jij dat ik kom en doorgaa met werken of wat? Ik ben lief maar ik ben niet stom.
Zo niet, niet met mij
Jij bent de booshijt.
Niet meer met mij definitiv niet. Ik ga morgen naar de advocaat en dang aan wij dat daar regelen. Jij wil dat niet anders dat lopt zo.
Ik ga morgen naar de advocaat want jij blijft in gebrek.
Ja, ja, ja.
Ik geeft jou nog de kans dat netjes te maken en anders ben ik morgen bij de advocaat.
Ja goed zo, en ga mij maar niet meer bellen.
Jij kann mij nog bellen ik geeft tijd tot morgen anders ga ik naar de advocaat. Denk er maar eens over na.
Nee ik ga jou niet meer bellen ik ben niet stom [voornaam eiser sub 1]. Dat kann jij met iedereen doen maar niet met mij. Ik ga morgen naar de advocaat en kom niet naar mijn huis toe en ook niet meer bellen. Ik heb de politie al gebeld.
Jij hoordt nog van mij.
Ja maar alleen nog via de advocaat.
Ik ga niet boven de wet staat maar jij bent gewoon een slappe zak.
Doeg’