ECLI:NL:RBARN:2011:BP5033
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Deelgeschil over omvang schade na bodemprocedure met verwijzing naar schadestaat
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 11 januari 2011 uitspraak gedaan in een deelgeschilprocedure tussen [verzoeker] en de coöperatieve vereniging HUISARTSENPOST DE GELDERSE VALLEI U.A. Het geschil betreft de omvang van de schadevergoeding die de huisartsenpost aan [verzoeker] dient te betalen na een eerdere uitspraak van de rechtbank, waarin de huisartsenpost voor 10% aansprakelijk werd gesteld voor de door [verzoeker] geleden schade als gevolg van een hartinfarct. De rechtbank had eerder bepaald dat de schadevergoeding op te maken bij staat zou zijn, maar partijen konden geen overeenstemming bereiken over de hoogte van de schade. [Verzoeker] had een bedrag van € 36.000,00 geclaimd, terwijl de huisartsenpost slechts € 10.000,00 had aangeboden. De rechtbank oordeelde dat het verzoek van [verzoeker] niet kon worden toegewezen, omdat het verzoek niet voldeed aan de eisen van een deelgeschil. De rechtbank stelde vast dat het verzoek in wezen een verzoek tot beslechting van het gehele geschil was, en dat er geen sprake was van een deelgeschil in de zin van artikel 1019w van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Hierdoor werd het verzoek afgewezen en werd er geen kostenbegroting gemaakt, aangezien het verzoek volstrekt onterecht was ingediend. De rechtbank benadrukte dat de deelgeschilprocedure bedoeld is om partijen te helpen bij het oplossen van specifieke geschilpunten, en niet om het gehele geschil te beslechten. De beslissing van de rechtbank is in het openbaar uitgesproken door mr. S.C.P. Giesen.