ECLI:NL:RBARN:2010:BN2367
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot medewerking aan bloedonderzoek naar hepatitis/HIV-besmetting na bijtwond
In deze zaak vordert eiser, werkzaam als avond-, nacht- en weekendhoofd bij een psychiatrische instelling, dat gedaagde, die gedwongen is opgenomen in dezelfde instelling, onmiddellijk na betekening van het vonnis meewerkt aan een bloedonderzoek om te bepalen of hij besmet is met het hepatitis/HIV-virus. De aanleiding voor deze vordering is een vechtpartij tussen gedaagde en een medepatiënt, waarbij eiser door gedaagde in zijn onderarm is gebeten. Eiser heeft zijn bloed laten onderzoeken, maar de uitslag was onduidelijk, wat leidde tot zijn vrees voor besmetting. Eiser stelt dat gedaagde tot een risicogroep behoort en dat hij, gezien de omstandigheden, recht heeft op het bloedonderzoek om zijn eigen gezondheid te beschermen.
De voorzieningenrechter oordeelt dat het spoedeisend belang van eiser voldoende is onderbouwd. Gedaagde heeft geweigerd mee te werken aan het bloedonderzoek, wat de rechter als onterecht beschouwt, gezien de gerechtvaardigde vrees van eiser voor besmetting. De rechter wijst de vordering van eiser toe en verplicht gedaagde om mee te werken aan het bloedonderzoek, met de mogelijkheid dat indien gedaagde niet meewerkt, de politie kan worden ingeschakeld om dit af te dwingen. Daarnaast wordt gedaagde veroordeeld in de proceskosten van eiser, die zijn begroot op € 1.166,93. Het vonnis is uitgesproken op 8 juli 2010 door mr. R.J.B. Boonekamp, in aanwezigheid van de griffier mr. H. Siragedik.