ECLI:NL:RBARN:2010:BM3502
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Telefoonabonnement: Afwijzing resterende abonnementskosten door gebrekkige stelplicht
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Arnhem op 9 april 2010, vorderde Intrum Justitia Nederland B.V. betaling van resterende abonnementskosten van een telefooncontract dat door de gedaagde partij was beëindigd. De vordering betrof een totaalbedrag van € 673,34, bestaande uit een hoofdsom van € 517,42, rente en buitengerechtelijke incassokosten. De rechtbank oordeelde dat de dagvaarding niet specifiek genoeg was en dat Intrum Justitia niet had voldaan aan haar stelplicht. De dagvaarding bevatte algemene omschrijvingen die niet waren toegesneden op de specifieke situatie van de gedaagde partij, waardoor deze niet in staat was om adequaat verweer te voeren. De rechtbank merkte op dat het niet de taak van de kantonrechter was om de gronden van de eis te achterhalen, en dat Intrum Justitia in de dagvaarding de specifieke gronden van haar eis diende te vermelden. Hierdoor werd de gevorderde hoofdsom afgewezen, evenals de buitengerechtelijke incassokosten. De rechtbank veroordeelde de gedaagde partij tot betaling van wettelijke rente over een deel van het gevorderde bedrag, maar wees het meer of anders gevorderde af. De proceskosten werden aan de zijde van de gedaagde partij begroot en Intrum Justitia werd veroordeeld in deze kosten.