ECLI:NL:RBARN:2008:BD5836
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst wegens woonfraude en hoofdverblijfseis
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Arnhem op 27 juni 2008, heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Portaal en een gedaagde partij over de huurovereenkomst van een woning in Nijmegen. Portaal, vertegenwoordigd door mr. R.J. Verweij, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning, omdat de gedaagde partij, die de woning huurde, niet zou voldoen aan de verplichting om zijn hoofdverblijf in de woning te houden. De gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr. J. van Delft, betwistte deze vordering en stelde dat hij wel degelijk hoofdverblijf had in de woning.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde partij slechts sporadisch in de woning verbleef en deze voornamelijk aan zijn volwassen zonen overliet. De rechter oordeelde dat de verplichting tot hoofdverblijf in de woning, zoals vastgelegd in de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek, niet werd nageleefd. De kantonrechter baseerde zijn oordeel op verklaringen van buurtbewoners die bevestigden dat de gedaagde partij al jaren niet meer in de woning sliep.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van Portaal toegewezen. De huurovereenkomst werd ontbonden, de gedaagde partij werd veroordeeld om de woning binnen 14 dagen te ontruimen en de sleutels aan Portaal te overhandigen. Daarnaast werd de gedaagde partij veroordeeld in de proceskosten, die door de kantonrechter zijn begroot op een totaal van € 670,44. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de gedaagde partij onmiddellijk aan de uitspraak moet voldoen, ongeacht een eventueel hoger beroep.