ECLI:NL:RBARN:2008:BC8244
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Gevolgen van veroordelend en vrijsprekend strafvonnis in civiele procedure
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Arnhem op 14 maart 2008, is de eisende partij, vertegenwoordigd door mr. J.L. Bongers, een civiele vordering gestart tegen de gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr. B. Willemsen, naar aanleiding van schade aan een auto. De gedaagde partij had eerder een strafrechtelijke veroordeling gekregen voor de vernieling van de auto van de eisende partij op 22 april 2007, maar was vrijgesproken van een tweede vernieling op 29 april 2007. De eisende partij vorderde een schadevergoeding van € 928,24, inclusief wettelijke rente, voor de schade aan de linkerbuitenspiegel, voorruit en lak van zijn auto, die volgens hem door de gedaagde partij was veroorzaakt.
De kantonrechter oordeelde dat er voldoende bewijs was dat de gedaagde partij op 22 april 2007 de linkerbuitenspiegel had vernield, en dat de eisende partij recht had op schadevergoeding voor deze schade. De kantonrechter verwierp het verweer van de gedaagde partij dat er geen causaal verband was tussen zijn gedragingen en de schade, en wees de vordering van de eisende partij toe. De rechter stelde vast dat de gedaagde partij ook aansprakelijk was voor de schade die op 29 april 2007 was veroorzaakt, ondanks de vrijspraak in de strafzaak, omdat de civiele rechter niet gebonden is aan het strafrechtelijke vonnis.
De gedaagde partij werd veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag van € 928,24, vermeerderd met wettelijke rente, en moest ook de proceskosten dragen, die tot dat moment op € 421,85 waren begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Dit vonnis bevestigt de mogelijkheid voor de civiele rechter om een andere beoordeling te maken dan de strafrechter, vooral in gevallen waar de feiten en omstandigheden verschillen.