ECLI:NL:RBARN:2007:BC1851
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schadeplichtigheid van oud-werknemer jegens werkgever bij overtreding van relatiebeding
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Arnhem op 21 december 2007, stond de vraag centraal of een oud-werknemer schadeplichtig was jegens zijn voormalige werkgever, Accon Groep B.V., nadat hij twee werknemers had aangenomen die onder een relatiebeding vielen. De eisende partij, Accon, vorderde een schadevergoeding van € 137.509,- op basis van de stelling dat de oud-werknemer, [werknemer], samen met de werknemers [X] en [Y], opzettelijk schade had veroorzaakt door hen in dienst te nemen zonder Accon hiervan op de hoogte te stellen. Accon stelde dat zij hierdoor een lagere vergoeding had bedongen voor de 'verkoop' van cliënten dan zij had kunnen bedingen indien zij tijdig was geïnformeerd.
De kantonrechter oordeelde dat Accon niet voldoende had onderbouwd dat zij daadwerkelijk schade had geleden door de handelwijze van [werknemer]. De rechtbank concludeerde dat de vordering van Accon in conventie werd afgewezen, omdat de gestelde schade niet voldoende was aangetoond. In reconventie werd [werknemer] echter wel in het gelijk gesteld, en Accon werd veroordeeld om hem een bedrag van € 10.264,70 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De kosten van de procedure werden toegewezen aan de in het ongelijk gestelde partij, Accon.
De zaak benadrukt het belang van een goede onderbouwing van schadeclaims en de noodzaak voor werkgevers om hun vorderingen te staven met concrete feiten en omstandigheden. De uitspraak biedt inzicht in de toepassing van relatiebedingen en de gevolgen van het overtreden daarvan, evenals de verantwoordelijkheden van werknemers en werkgevers in dergelijke situaties.