ECLI:NL:RBARN:2007:BA9680
Rechtbank Arnhem
- Raadkamer
- C.M.J. Peters
- C.M. Vinck
- K. Paardekooper
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift van minderjarige tegen het bepalen en verwerken van DNA-profiel gegrond verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 13 maart 2007 uitspraak gedaan in een bezwaarschrift van een minderjarige tegen het bepalen en verwerken van zijn DNA-profiel. De minderjarige was eerder veroordeeld voor mishandeling en had een werkstraf van 15 uren opgelegd gekregen. Op 29 augustus 2006 was er een bevel tot afname van DNA-materiaal uitgevaardigd, maar de minderjarige maakte bezwaar tegen deze afname. Tijdens de behandeling in raadkamer op 27 februari 2007 was de minderjarige niet aanwezig, maar zijn raadsman was wel aanwezig en heeft het bezwaarschrift toegelicht. De rechtbank heeft de relevante wetgeving en de omstandigheden van de zaak in overweging genomen. De rechtbank concludeerde dat, ondanks de veroordeling, er geen opsporingsbelang was voor het DNA-onderzoek, gezien de leeftijd van de minderjarige en het feit dat het om een eenmalig incident ging. De rechtbank oordeelde dat het bepalen en verwerken van het DNA-profiel niet van betekenis zou zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van de minderjarige. Daarom werd het bezwaarschrift gegrond verklaard en werd de officier van justitie bevolen om het celmateriaal van de minderjarige onmiddellijk te vernietigen. Deze beslissing is genomen door een meervoudige kamer voor kinderstrafzaken, waarbij de rechtbank de belangen van de minderjarige in acht nam en de proportionaliteit van de DNA-afname beoordeelde.