ECLI:NL:RBARN:2006:BC5035
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- mr. drs. L.B.M. Klein Tank
- Rechtspraak.nl
Verzekeringsplicht voor volksverzekeringen van een inwoner in dienstbetrekking bij een in Nederland gevestigde werkgever
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Arnhem op 29 september 2006, staat de verzekeringsplicht voor volksverzekeringen centraal. Eiseres, werkzaam bij [A] B.V., heeft een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen ontvangen voor het jaar 2002, berekend op een belastbaar inkomen van € 29.551. De inspecteur van de Belastingdienst/Oost handhaafde deze aanslag bij uitspraak op bezwaar op 12 januari 2006. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank op 14 februari 2006.
De rechtbank heeft op 28 augustus 2006 de zitting gehouden, waarbij eiseres niet aanwezig was. De inspecteur was vertegenwoordigd door een gemachtigde. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres in loondienst is van [A] B.V., die haar vestigingsplaats in 2001 van België naar Nederland heeft verlegd. De kern van het geschil is of eiseres in 2002 terecht is aangemerkt als verzekerde voor de volksverzekeringen, met name of de vrijstelling van artikel 12 van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden van toepassing is.
De rechtbank overweegt dat volgens de AOW en de volksverzekeringswetten verzekerd is degene die ingezetene is. Artikel 12 van het Besluit stelt dat iemand die in Nederland woont en gedurende een aaneengesloten periode van ten minste drie maanden uitsluitend buiten Nederland arbeid verricht, niet verzekerd is, tenzij deze arbeid uit hoofde van een dienstbetrekking met een in Nederland gevestigde werkgever wordt verricht. Aangezien eiseres in Nederland woont en haar werkgever in Nederland is gevestigd, concludeert de rechtbank dat de vrijstelling niet van toepassing is. Eiseres is terecht aangemerkt als premieplichtig voor de volksverzekeringen.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. drs. L.B.M. Klein Tank, in tegenwoordigheid van griffier M. Eggink. Partijen kunnen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Arnhem of beroep in cassatie bij de Hoge Raad der Nederlanden, mits de wederpartij schriftelijk instemt.