ECLI:NL:RBARN:2005:AS8581
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van beslag in alimentatiekwestie met betrekking tot minderjarige en meerderjarige kinderen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Arnhem op 25 januari 2005 uitspraak gedaan in een kort geding over de opheffing van loonbeslag dat was gelegd ten laste van eiser, [eiser]. Eiser had gedaagden, waaronder zijn ex-partner [gedaagde 1] en hun minderjarige dochter [betrokkene 1], gedagvaard om de opheffing van het beslag te verzoeken. Eiser stelde dat hij aan zijn alimentatieverplichtingen had voldaan en dat er geen achterstand meer was in de betalingen. Hij voerde aan dat het beslag zelfs had geleid tot een te hoge inhouding op zijn salaris.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser in het verleden alimentatieverplichtingen had, die voortvloeiden uit eerdere beschikkingen van de rechtbank. De voorzieningenrechter oordeelde dat eiser geen alimentatie meer verschuldigd was voor zijn meerderjarige dochter [gedaagde 2], die inmiddels 21 jaar was geworden. Echter, voor de minderjarige [betrokkene 1] was eiser nog steeds alimentatie verschuldigd tot zij 21 jaar werd, op basis van de verlengde onderhoudsplicht.
De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat eiser niet meer in staat was om alimentatie te betalen en dat de beslagen niet opgeheven konden worden voor [betrokkene 1]. De voorzieningenrechter heeft het beslag ten behoeve van [gedaagde 2] opgeheven, maar het beslag ten behoeve van [betrokkene 1] gehandhaafd. De kosten van de procedure werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten droeg. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.