Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek, met producties
- de conclusie van dupliek.
2.De feiten
4.De beoordeling
Debiteurenprotocol
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak vordert de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) betaling van collegegeld van € 2.209,00 van de gedaagde, die zich had ingeschreven voor de bachelor Rechtsgeleerdheid voor het collegejaar 2022-2023. De gedaagde heeft het collegegeld niet betaald, ondanks meerdere aanmaningen van de EUR. De kantonrechter oordeelt dat de verplichting tot betaling van het collegegeld voortvloeit uit de inschrijving en niet afhankelijk is van het daadwerkelijk volgen van onderwijs. De gedaagde heeft aangevoerd dat hij zich in een mentale crisis bevond en daarom niet in staat was om zich uit te schrijven of contact op te nemen met de EUR. De kantonrechter oordeelt echter dat de gedaagde onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stelling en dat de EUR geen invloed heeft op de hoogte van het collegegeld, dat wettelijk is vastgesteld. De kantonrechter wijst de vordering tot betaling van het collegegeld toe, maar wijst de gevorderde incassokosten af omdat het beding in het Studentenstatuut als oneerlijk wordt beschouwd. De gedaagde wordt ook veroordeeld in de proceskosten van de EUR.