Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
MOORE DRV,
Moore),
[gedaagde]),
1.De procedure
- de brief van [gedaagde] van 6 januari 2025, met bijlagen,
Rechtbank Amsterdam
In deze civiele procedure vordert accountantskantoor Moore DRV, gevestigd te Sliedrecht, nakoming van facturen van gedaagde B.V., die een onderneming in de toeristenrondvaart exploiteert. De procedure begon met een dagvaarding op 2 december 2024, gevolgd door een mondelinge behandeling op 8 april 2025. Moore heeft in totaal € 15.304,41 aan gedaagde gefactureerd voor werkzaamheden in 2022, maar gedaagde heeft slechts € 3.630 betaald. Gedaagde betwist de hoogte van de facturen en verwijst naar onzorgvuldigheden in de samenwerking. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de maatschap Moore als eisende partij moet worden aangemerkt, ondanks een fout in de dagvaarding. De rechter oordeelt dat gedaagde verplicht is om de hoofdsom van € 15.304,41 te betalen, vermeerderd met wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten van € 928,04. Gedaagde wordt ook veroordeeld in de proceskosten van € 2.356,00. Het vonnis is uitgesproken op 9 mei 2025 door rechter F.L. Bolkestein, bijgestaan door griffier M.A.A. van Achterberg.