ECLI:NL:RBAMS:2025:1349
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan feiten die onpartijdigheid van de rechter aantasten
Op 28 februari 2025 heeft de Wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan op het verzoek tot wraking van mr. L.Z. Achouak el Idrissi, bestuursrechter te Amsterdam, door een verzoeker die betrokken was bij een lopende procedure. Het verzoek tot wraking werd ingediend op 25 februari 2025, tijdens een zitting die digitaal werd bijgewoond door de verzoeker. De verzoeker voerde aan dat de rechter niet in staat was om leesbare stukken te verstrekken aan een blinde en dat er onduidelijkheden waren over de privacy en de toepassing van de GDPR. De rechter heeft echter aangegeven dat de verzoeker was geïnformeerd over de gang van zaken met betrekking tot het procesdossier en dat de wrakingsgronden niet voldoende waren om te concluderen dat er sprake was van vooringenomenheid.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat op grond van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet worden onderzocht of er feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De Wrakingskamer oordeelde dat de verzoeker geen relevante feiten of omstandigheden had aangedragen die de onpartijdigheid van de rechter zouden kunnen aantasten. Bovendien werd opgemerkt dat de verzoeker het wrakingsmiddel lichtvaardig had ingezet, zonder redelijke grond, wat werd aangemerkt als misbruik van recht. Daarom werd het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk verklaard en werd bepaald dat verdere verzoeken tot wraking in deze zaak niet in behandeling zouden worden genomen.
De beslissing werd uitgesproken ter openbare terechtzitting, waarbij de voorzitter en de leden van de Wrakingskamer aanwezig waren. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.