Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
“Doe normaal”en rende vervolgens weg. De sportlegging die de aangeefster droeg is ter hoogte van haar linkerbil bemonsterd. Dit heeft geen DNA-match opgeleverd.
de rechtbank begrijpt: voorbij haar tanden). Naar het oordeel van de rechtbank kan op grond hiervan bewezen worden geacht dat verdachte, door zijn penis meermaals in haar mond te duwen, het lichaam van [slachtoffer 2] seksueel is binnengedrongen. Verdachte heeft hierbij ook geweld en dwang gebruikt: hij heeft [slachtoffer 2] de weg versperd, haar vastgepakt, het bushokje ingeduwd en vervolgens haar hoofd vastgepakt en richting zijn ontblote penis geduwd, wat is geëindigd met het meermaals duwen van zijn penis in haar mond. Hiermee acht de rechtbank de primair ten laste gelegde verkrachting bewezen.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregelen
8.Beslag
9.Ten aanzien van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
- € 283,99 voor reparatie van haar telefoon (€ 239,-) en de aanschaf van een nieuw telefoonhoesje (€ 44,99);
- € 144,99 aan kleding (de legging en jas die de benadeelde op 16 april 2023 droeg en nu niet meer kan/wenst te dragen);
- € 248,96 aan inkomstenschade;
- € 1.434,87 aan medische kosten, bestaande uit het betaalde eigen risico over 2023 en 2024 en de kosten van een (trauma)behandeling die niet worden vergoed en die de benadeelde partij aldus zelf moet voldoen;
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden.
6 (zes) maanden, van deze
gevangenisstraf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
proeftijd van 2 (twee) jarenvast.
€ 2.074,81 (tweeduizend en vierenzeventig euro en éénentachtig eurocent)aan vergoeding van materiële schade en
€ 8.500,- (achtduizend, vijfhonderd euro)aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (16 april 2023) tot aan de dag van de algehele voldoening.
€ 10.574,81 (tienduizend, vijfhonderd en vierenzeventig euro en éénentachtig eurocent)te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (16 april 2023) tot aan de dag van de algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 87 dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.