Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten voor zover van belang in het bevoegdheidsincident
3.Het geschil
in de hoofdzaak
PrimairAES te veroordelen tot betaling aan Spanje van EUR 15,4 miljoen, vermeerderd met de rente ter hoogte van het percentage van de Spaanse 10-jarige obligatierente vanaf 30 juni 2014 tot aan de dag dat Spanje dat bedrag op grond van het Arbitraal Vonnis aan Blasket of enige andere partij heeft betaald,
subsidiair, als Blasket of enige andere partij verlof tot tenuitvoerlegging van het Arbitraal Vonnis verkrijgt, het aan Blasket of enige andere partij te betalen bedrag,
meer subsidiair, als Spanje al dan niet door de tenuitvoerlegging van het Arbitraal Vonnis een betaling doet aan Blasket of enige andere partij, het door Spanje betaalde bedrag, alles zolang de Europese Commissie het Arbitraal Vonnis niet verenigbaar heeft verklaard met de interne markt op grond van artikel 107, lid 3, VWEU;
PrimairAEFte veroordelen tot betaling aan Spanje van EUR 11,1 miljoen, vermeerderd met de rente ter hoogte van het percentage van de Spaanse 10-jarige obligatierente vanaf 30 juni 2014 tot aan de dag dat Spanje dat bedrag op grond van het Arbitraal Vonnis aan Blasket of enige andere partij heeft betaald,
subsidiair, als Blasket of enige andere partij verlof tot tenuitvoerlegging van het Arbitraal Vonnis verkrijgt, het aan Blasket of enige andere partij te betalen bedrag,
meer subsidiair, als Spanje al dan niet door de tenuitvoerlegging van het Arbitraal Vonnis een betaling doet aan Blasket of enige andere partij, het door Spanje betaalde bedrag, alles zolang de Europese Commissie het Arbitraal Vonnis niet verenigbaar heeft verklaard met de interne markt op grond van artikel 107, lid 3, VWEU;
subsidiair13 januari 2023,
meer subsidiairvanaf de dag van betaling van genoemd bedrag of enig ander bedrag aan Blasket of enige andere partij die het Arbitraal Vonnis executeert tot aan de dag der algehele voldoening;
subsidiairvanaf 17 januari 2023,
meer subsidiairvanaf de dag van betaling van genoemd bedrag of enig ander bedrag aan Blasket of enige andere partij die het Arbitraal Vonnis executeert tot aan de dag der algehele voldoening;
4.De beoordeling
in het bevoegdheidsincident
de bevoegdheid van een gerecht(Brussel I-bis) boven het Verdrag van New York, zoals AES en AEF hebben betoogd. De vorderingen van Spanje in deze procedure vallen simpelweg niet onder het toepassingsbereik van het Verdrag van New York.