Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
CREATE CAPITAL FUND I COÖPERATIEF U.A.,
2.
BURTON BIDCO B.V.,
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 7,
2.De feiten
private equity fondsmet een met een
buy and buildstrategie.
[oud directeur]) heeft leiding gegeven aan het door hem opgebouwde [detacheringsbedrijf] (hierna: het
detacheringsbedrijf), via zijn persoonlijke houdstermaatschappij [holdingmaatschappij], de dochtervennootschap [rechtspersoon1] (hierna:
[rechtspersoon1]) en de kleindochtervennootschap [rechtspersoon2] (hierna:
[rechtspersoon2]).
[oud werknemer1]) uit dienst getreden bij het detacheringsbedrijf met een vaststellingsovereenkomst (
VSO).
[oud werknemer2]) per whatsapp erop aangesproken dat zij bij de politie melding had gedaan van seksuele intimidatie dan wel aanranding.
[oud HR-manager]), HR-manager, MT-lid en vertrouwenspersoon bij het detacheringsbedrijf, heeft zich op 27 januari 2022 ziekgemeld. Zij bleef ziekgemeld totdat haar dienstverband is geëindigd per 25 februari 2022 met een VSO.
share purchase agreement(
SPA) alle aandelen in [rechtspersoon1] verkocht en geleverd aan Burton Bidco, als resultaat van maandenlange onderhandelingen en
due diligence-onderzoek. In de SPA staan risico verdelende garantiebepalingen. De koopprijs bedroeg € 6.609.193, waarvan € 1.500.000 door [holdingmaatschappij] als
vendor loanaan Burton Bidco ter beschikking werd gesteld. Nadien waren de relevante aandelenverhoudingen als volgt:
AOV) aangegaan. Daarin staat een aanbiedingsplicht met een bijzondere regeling voor het geval een vertrekkende partij kwalificeert als ‘
bad leaver’ met een strafkorting op de koopprijs van diens aandelen.
OM) besloten over te gaan tot de strafrechtelijke vervolging van [oud directeur]. De strafprocedure is aanhangig, maar nog niet op zitting geweest.
BAVA) van 23 mei 2023 van Burton Holdco en Burton Bidco waarbij zijn ontslag als middellijk bestuurder was geagendeerd. Dezelfde dag is ook een
claim noticeaan [oud directeur] verstuurd waarin hij aansprakelijk werd gesteld voor tenminste € 4.658.500 wegens SPA-garantieschendingen.
3.Het geschil
tegen een koopprijs van het lagere van (a) 50% van de marktwaarde van die aandelen per 23 mei 2023 of (b) de inleg op die aandelen,
en te bepalen dat indien [holdingmaatschappij] niet tijdig aan een veroordeling hierin voldoet, dit vonnis dezelfde kracht heeft als deze aanbieding;
op straffe van een dwangsom van € 5.000 per dag dat [holdingmaatschappij] niet aan deze veroordeling voldoet;
en te bepalen dat indien [holdingmaatschappij] niet tijdig aan een veroordeling hierin voldoet, dit vonnis dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm opgemaakte notariële leveringsakte;
op straffe van een dwangsom van € 5.000 per dag dat niet aan deze veroordeling wordt voldaan;
4.De beoordeling
bad leaver-bepaling. Hierna wordt eerst toegelicht dat het deelonderwerp over de SPA-garanties vraagt om nadere bewijslevering. Daarna wordt het beroep op de
bad leaver-bepaling beoordeeld en toegelicht waarom de daarop gegronde vorderingen zullen worden afgewezen.
closingop 16 juni 2022 zijn bij Create en Burton Bidco feiten bekend geworden over de hiervoor genoemde strafrechtelijke stappen van (oud) medewerkers tegen [oud directeur]. Volgens Create en Burton Bidco leveren deze feiten SPA-garantieschendingen op, terwijl [holdingmaatschappij] gemotiveerd betwist dat sprake is geweest van verkrachting, aanranding of seksuele intimidatie en van garantieschendingen.
closingop 16 juni 2022. Garantie 17.2 luidt:
[holdingmaatschappij] has provided the Purchaser with all information and data that Purchaser has reasonably requested and [holdingmaatschappij] has not intentionally failed to disclose nor has it intentionally withheld any information or data which it knew or should have known to be of such relevance to the Purchaser that, had it had knowledge of this information of data, would not have entered into the Transaction on the terms included in the Agreement.’
and [holdingmaatschappij] has not’, ziet op de informatie die niet was opgevraagd maar wel relevant was en bij [holdingmaatschappij] bekend was. Wat is opgevraagd is per definitie informatie waarvan de ander zich dient te realiseren dat deze van belang is om delen, waardoor een cumulatieve lezing niet voor de hand ligt. Daarbij duidt ‘
reasonably requested’ op een onderzoeksplicht en ‘
failed to disclose’ op een mededelingsplicht, hetgeen de twee afzonderlijke garanties ook onderscheidt.
closingop 16 juni 2022 in ieder geval wist dat chronologisch gezien:
due diligence-onderzoek niet volstaan met het delen van de niet-alarmerende informatie uit de VSO van [oud HR-manager]. Deze informatie was afgestemd met arbeidsrechtadvocaten en achteraf is gebleken dat [oud HR-manager] in werkelijkheid vertrok vanwege de invloed van de meldingen van grensoverschrijdend gedrag op haar mentale en fysieke gesteldheid. Dat was volgens Create en Burton Bidco een absolute
red flagvoor de transactie geweest en bewust door [oud directeur] onder de pet gehouden. Create en Burton Bidco stellen dat zij met deze informatie een beter beeld hadden gehad van de “verziekte werkomgeving” bij het detacheringsbedrijf.
closing.
closing,tegen finale kwijting met een VSO was vertrokken en dat niet is gebleken dat zij melding heeft gemaakt van strafrechtelijk relevant grensoverschrijdend gedrag. De informatie waar het Create en Burton Bidco in de kern om gaat, voert terug op het feit dat er strafrechtelijke aangiftes waren gedaan door [oud werknemer2] en [oud werknemer1]. Dat is de informatie die Create en Burton Bidco hadden willen afleiden uit de vertrekredenen van [oud HR-manager] en waar het om draait met het beroep op de garanties.
closingop 16 juni 2022 moet hebben geweten dat hij op 21 juni 2022 bij het politiebureau moest verschijnen vanwege zedendelicten waarop een gevangenisstraf stond. Dit moet volgens Create en Burton Bidco zijn vermeld in de oproepingsbrief van de politie en is niet bij hen gemeld voorafgaand aan de
closing.
[partner]), is aansluitend aan de mondelinge behandeling in deze procedure als getuige gehoord. Zij heeft onder ede onder meer verklaard dat zij niet wist waarvoor [oud directeur] naar het politiebureau moest komen, behalve dan dat ‘iemand’ een melding had gedaan. [partner] verklaarde niet te weten wat de melding inhield of van wie die kwam en dat [oud directeur] aansluitend de auto wilde wassen en daarom de waspas had meegenomen. [partner] zegt niet bekend te zijn geweest met ontslagredenen van werknemers, omdat [oud directeur] en zij zakelijk en privé gescheiden hielden.
closingals het gezicht van de organisatie aanbleef. Het gegeven dat [oud directeur] zich op 21 juni 2022 bij de politie moest melden in verband met de aangifte van aanranding van [oud werknemer2] kan bij deze stand van zaken worden aangemerkt als essentiële informatie als bedoeld in garantie 17.2, omdat denkbaar is dat dit gegeven van invloed was op de voorwaarden van de transactie. Dat geldt in nog sterkere mate voor de aangifte ter zake van verkrachting door [oud werknemer1]. Wetenschap van een of meer aangiftes van zedenmisdrijven tegen het hoofd van de organisatie zou immers aanleiding hebben kunnen geven tot opschorting in afwachting van nadere ontwikkelingen of onderzoek, vrijwaringsafspraken, een andere prijs of annulering.
nemo tenetur-beginsel, aangezien het geen bewijstechnische waarde heeft voor de schuldvraag in de lopende strafzaak. Create en Burton Bidco worden toegelaten tot het bewijs van de stelling dat [oud directeur] op 16 juni 2022 wist dat hij zich op het politiebureau moest melden naar aanleiding van één of meer aangifte(n) van zedenmisdrijven.
closingop 16 juni 2022 niet van invloed zou zijn geweest op de transactievoorwaarden. Naar de rechtbank begrijpt moet dit standpunt ook worden betrokken in – de later te beoordelen schadevaststelling bij – de vraag of Create en Burton Bidco in de periode na de
closingvoldoende schadebeperkend hebben gehandeld. Op zitting hebben de advocaten overeenstemming bereikt over het overleggen aan de rechtbank van vertrouwelijke correspondentie met onderhandelingen van mei 2023 over ongedaanmaking van de transactie. De rechtbank staat toe dat [holdingmaatschappij] conform haar verzoek deze stukken indient tegen de roldatum zoals onder de beslissing vermeld.
Total Business Enterprise Valuevan het detacheringsbedrijf ultimo 2022 € 2,9 miljoen bedroeg en de netto schuld op dat moment € 3,7 miljoen bedroeg, zodat onder aan de streep de waarde van de verkochte aandelen in [rechtspersoon1] nihil was. [holdingmaatschappij] heeft dit gemotiveerd betwist.
due diligence-onderzoek [rechtspersoon1] midden 2022 kennelijk nog gewaardeerd naar een koopprijs voor de aandelen van € 6.609.193. Dat Create en Burton Bidco onjuiste of onvolledige informatie verkregen in het
due diligence-onderzoek en daarmee tot een onrealistische koopprijs zijn gekomen, is gesteld noch gebleken. Daarom moet ervan worden uitgegaan dat op basis van een volledig beeld van [rechtspersoon1] een passende koopprijs is bedongen en betaald door Create en Burton Bidco.
closingook bemoeid met de koers van [rechtspersoon1], waaronder het doorvoeren van hogere kosten in de organisatie onder protest van [oud directeur]. De gevolgen daarvan kunnen niet zonder meer als winst voor [holdingmaatschappij] of schade van Create en Burton Bidco worden aangemerkt.
bad leaver-bepaling van de AOV. Deze grond luidt:
bad leaver-grond waar Create en Burton Bidco zich op beroepen, sluit expliciet aan bij de arbeidsrechtelijke grond van een ontslag op staande voet uit artikel 7:678 BW. De vraag dient dus te worden beantwoord of de reden voor het ontslag van [oud directeur] in het hypothetische geval dat sprake was van een gewone werknemer-werkgever relatie, voldoende grond zou opleveren voor een ontslag op staande voet. Dat is volgens de wettekst van artikel 7:678 BW het geval als sprake is van zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijze niet kan gevergd worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren.
bad leaver-bepaling.
burn out-klachten, waardoor andere bestuurders zich noodgedwongen met het management moesten bemoeien. Dit duidt wederom op disfunctioneren.
5.De beslissing
5 juni 2024in het geding te brengen de oproep van [oud directeur] om op 21 juni 2022 op het politiebureau te verschijnen om een verklaring af te leggen,
5 juni 2024de correspondentie over het aanbod van een één-op-één terugkoop van de aandelen in [rechtspersoon1] in het geding te brengen, waarna Create en Burton Bidco bij akte mogen reageren op de rol van
twee weken later,
5 juni 2024voor uitlating door Create en Burton Bidco of zij bewijs willen leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwillen overleggen, zij die stukken dan direct in het geding moeten brengen,
getuigenwillen laten horen, zij de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden
septembertot en met
novemberdan direct moeten opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,