In deze zaak heeft eiseres, een inwoner van Amsterdam, een verzoek ingediend om inzage in politiegegevens die over haar worden verwerkt, op basis van artikel 25 van de Wet politiegegevens (Wpg). Het verzoek werd door de korpschef van de politie, eenheid Amsterdam, toegewezen, maar eiseres was van mening dat er meer registraties over haar zouden moeten zijn dan de twee registraties uit 2017 die haar werden verstrekt. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 30 oktober 2023 werd het onderzoek geschorst om de verweerder de gelegenheid te geven om een nadere specificatie van de zoekslag naar de politiegegevens te geven. Verweerder heeft in zijn brief van 23 november 2023 uiteengezet welke zoekslagen zijn uitgevoerd, waarbij onder andere in het basis politiesysteem BVH en de Blue Spot Monitor is gezocht. De rechtbank oordeelde dat de uitleg van verweerder niet ongeloofwaardig was en dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat er meer gegevens over haar bestonden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor proceskostenveroordeling of vergoeding van griffierecht. De uitspraak werd gedaan door mr. R. Hirzalla op 5 januari 2024.