In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 20 december 2023 wordt het beroep van [eiseres] tegen de afwijzing van haar Wob-verzoek beoordeeld. [Eiseres] had op 23 juli 2021 de minister van Justitie en Veiligheid verzocht om openbaarmaking van documenten met betrekking tot demonstraties en protesten, maar dit verzoek werd afgewezen. De rechtbank had eerder, op 10 november 2022, de minister opgedragen om een nieuw besluit te nemen, waarbij het volledige verzoek in acht moest worden genomen. De minister heeft echter in haar nieuwe besluiten niet volledig voldaan aan deze opdracht, waardoor de rechtbank nu opnieuw oordeelt dat de minister een nieuw besluit moet nemen.
De rechtbank concludeert dat de minister het verzoek te beperkt heeft opgevat en onvoldoende heeft gezocht naar relevante documenten. De rechtbank benadrukt dat de minister ook back-upsystemen moet betrekken bij de zoekslag en dat zij inzicht moet geven in alle aangetroffen documenten. De rechtbank vernietigt de bestreden besluiten en verklaart het beroep gegrond, wat betekent dat de minister het griffierecht van [eiseres] moet vergoeden en de proceskosten moet betalen. De rechtbank stelt een termijn van tien weken voor de minister om een nieuw besluit te nemen, waarin de minister ook moet aangeven welke documenten openbaar worden gemaakt en welke niet, met de bijbehorende motivering.