ECLI:NL:RBAMS:2023:8559

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
11 januari 2024
Zaaknummer
C/13/731754 / HA ZA 23-334
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Goederenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep op verkrijgende verjaring van perceel grond door gemeente afgewezen wegens gebrek aan duidelijke bezitshandelingen

In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 20 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Klein Holland B.V. en de Gemeente Diemen over de eigendom van een perceel grond. Klein Holland vorderde erkenning van haar eigendom van het perceel, terwijl de Gemeente Diemen zich beriep op verkrijgende verjaring. De rechtbank oordeelde dat de Gemeente Diemen niet kon aantonen dat zij duidelijke bezitshandelingen had verricht die voor derden kenbaar waren. De rechtbank stelde vast dat de Gemeente Diemen in 2001 percelen grond had gekocht van de Nationale Spoorwegen, maar dat het betreffende perceel niet in de koopovereenkomst was opgenomen. Klein Holland had het perceel in 2014 verworven van de rechtsvoorgangster van de NS, en de rechtbank oordeelde dat de eigendom van het perceel aan Klein Holland toebehoorde. De Gemeente Diemen werd veroordeeld tot schadevergoeding aan Klein Holland voor het onterecht innen van huur bij de vereniging Ontspanning Na Arbeid (ONA) en in de proceskosten. De vorderingen van de Gemeente Diemen in reconventie werden afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/731754 / HA ZA 23-334
Vonnis van 20 december 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KLEIN HOLLAND B.V.,
gevestigd te Achterveld,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. M.O. Klaassen te Amsterdam,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
DE GEMEENTE DIEMEN,
zetelend te Diemen,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. C.T. Boekema te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Klein Holland en Gemeente Diemen worden genoemd.

1.De zaak in het kort

De vraag is welke partij de eigenaar is van een stuk grond.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 23 maart 2023, met producties,
  • de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie, met producties,
  • de conclusie van antwoord in reconventie,
  • het tussenvonnis van 20 december 2023 waarbij een mondelinge behandeling is gelast,
  • de akte overlegging producties 6 tot en met 11 van Gemeente Diemen,
2.2.
Op 9 november 2023 is de zaak mondeling behandeld, waarvan zittingsaantekeningen zijn opgemaakt die, met de spreekaantekeningen van Gemeente Diemen, aan het procesdossier zijn toegevoegd.
2.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten in conventie en in reconventie

3.1.
In 2001 heeft de Nationale Spoorwegen (NS) acht (8) percelen grond langs haar spoorlijnen in de gemeente Diemen verkocht aan Gemeente Diemen. In de koopovereenkomst en in de leveringsakte zijn de volgende percelen genoemd:
Sectie
Nummer
(…)
D
2055
(…)
D
2057
(…)
A
[sectie + nummer 6]
(…)
A
4685
(…)
A
[sectie + nummer 3]
(…)
A
1508
(…)
E
1508
(…)
E
1508
(…)
3.2.
Een aantal van deze percelen was in gebruik als volkstuin door de vereniging Ontspanning Na Arbeid (ONA). Op 2 juli 2002 heeft NS aan ONA bericht:
“(…) het (…) op 10 mei 1990 gesloten volkstuincontract, inzake de huur van het gedeelte NS-terrein gelegen tussen km 0.315 en km 0.845 en tussen km 0.915 en km 1.663 aan de rechterzijde van de spoorweg Watergraafsmeer – Duivendrecht, op. In verband met de overdracht van NS Vastgoed gronden aan de gemeente Diemen op 21 december 2021 beschouwen wij dit contract met onmiddellijke ingang beëindigd. De reeds door u betaalde huur over het jaar 2002, zal binnenkort op de rekening van de gemeente Diemen worden gestort.
(…)”
3.3.
Gemeente Diemen heeft ONA bij brief van 24 juli 2002 bovenstaande brief van NS bevestigd en ONA gevraagd de huur vanaf dan aan Gemeente Diemen te voldoen.
3.4.
In 2010 heeft een vergadering plaatsgevonden waarbij ONA, ProRail en Gemeente Diemen aanwezig waren naar aanleiding van een mededeling van Pro Rail dat
“de contracten zouden worden opgeheven”. Reden daartoe is dat ProRail om veiligheidsredenen een nieuwe toegangsweg tot de volkstuinen wilde aanleggen en dat daarvoor de volkstuinen 3 meter dienen te worden verkleind. ONA heeft een ander voorstel gedaan waarbij over een periode van 40 jaar geleidelijk de oppervlakte van de volkstuinen zou worden verkleind.
Uit de notulen blijkt dat namens Gemeente Diemen in die vergadering is gezegd:
“(…) dat er een kortere termijn afgesproken zou kunnen worden, bijvoorbeeld 10 jaar, zodat de leden van ONA de tijd hebben om aan het idee te wennen en ProRail zicht houdt op een aanpassing van de situatie.
(…)
vraagt of er op de locatie waar ONA zit ook daadwerkelijk een hek noodzakelijk is. (…)
vat samen dat ONA bij ProRail een voorstel zal indienen om de veiligheid van het spoor te garanderen op de locatie waar ONA gevestigd is. Hierover zullen de gemeente en ONA nog contact met elkaar hebben.
Tot slot bedankt [Gemeente Diemen, rb] iedereen voor zijn aanwezigheid.
3.5.
Op 28 juli 2011 heeft Gemeente Diemen op verzoek van
“het team Infra van de gemeente Diemen”een noodkapvergunning verleend voor een wilg op de volkstuin van tuinvereniging ONA in verband met acuut gevaar.
3.6.
In 2014 heeft NS een groot aantal percelen langs haar spoorlijnen door het hele land verkocht aan de rechtsvoorgangster van Klein Holland, waaronder een aantal percelen in de gemeente Diemen. In 2020 is het perceel gelegen aan de [locatie] , kadastraal bekend als gemeente Diemen, [sectie + nummer 1] geleverd aan Klein Holland. Dit kadastraal perceel wordt hierna aangeduid met [sectie + nummer 1] .
3.7.
Uit historische gegevens van het Kadaster blijkt dat kadastraal perceel [sectie + nummer 1] is ontstaan uit het perceel in gemeente Diemen met kadastraal nummer [sectie + nummer 5] .
3.8.
Perceel [sectie + nummer 1] is ook in gebruik als volkstuinen door ONA. In 2014 hebben Gemeente Diemen en ONA een huurovereenkomst gesloten voor een aantal door ONA gebruikte percelen: [sectie + nummer 2] , [sectie + nummer 3] (zie 3.1) en [sectie + nummer 4] en voor het perceel [sectie + nummer 1] . De huurovereenkomst eindigt op 30 april 2024.
3.9.
In 2021 hebben partijen gecorrespondeerd over de eigendom van perceel [sectie + nummer 1] . Gemeente Diemen heeft zich op het standpunt gesteld dat zij eigenaresse van het perceel is geworden. Klein Holland heeft dit betwist.
3.10.
Klein Holland heeft op 22 oktober 2021 ONA schriftelijk gesommeerd het gebruik als volkstuin van perceel [sectie + nummer 1] per 1 mei 2022 te beëindigen en te ontruimen.
3.11.
In het procesdossier bevindt zich een opdrachtformulier van 29 november 2022 waaop is vermeld dat Gemeente Diemen opdracht geeft aan GroenFra voor het verwijderen van wilgen in de watergangen in de straten Verijn Stuartweg, Buitenlust en Harry Dunantlaan te Diemen.

4.Het geschil

in conventie

4.1.
Klein Holland vordert, bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1.
Primair: te verklaren voor recht dat het kadastraal perceel [sectie + nummer 1] in eigendom toebehoort van Klein Holland;
Subsidiair: Gemeente Diemen te veroordelen om, bij wege van schadevergoeding in natura, het kadastraal perceel [sectie + nummer 1] in eigendom over te dragen en daartoe te leveren aan Klein Holland, daartoe een notariële leveringsakte te laten opstellen en medewerking te verlenen aan het verlijden daarvan en deze te doen inschrijven in de openbare registers, binnen veertien dagen na dit vonnis, alles op kosten van Gemeente Diemen en op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag of deel van een dag dat Gemeente Diemen in gebreke blijft integraal aan deze veroordeling te voldoen;
2. Gemeente Diemen te veroordelen tot vergoeding van de door Klein Holland geleden schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen bij wet;
3. Gemeente Diemen te veroordelen in de kosten van dit geding, inclusief de nakosten.
4.2.
Klein Holland stelt daartoe – kort gezegd – dat zij in 2014 de eigendom van het perceel [sectie + nummer 1] heeft verkregen van NS. De leveringsakte is ingeschreven in het Kadaster. Voor de levering had NS onderzoek gedaan naar mogelijke problemen met de door haar aan Klein Holland over te dragen percelen. Toen is niet gebleken dat er iets was dat de overdracht in eigendom van het perceel aan Klein Holland in de weg stond.
Gemeente Diemen stelt zich ten onrechte op het standpunt dat het perceel haar eigendom is. Dit perceel was niet opgenomen in de koopovereenkomst en de leveringsakte tussen NS en Gemeente Diemen uit 2001. Toen is dit perceel dus niet in eigendom overgedragen. In het Kadaster is Gemeente Diemen ook niet geregistreerd als eigenaar van het perceel. Zij heeft ook geen feitelijke bezitsdaden over het perceel verricht, zodat niet kan worden aangenomen dat zij het perceel ooit in bezit heeft genomen. Bovendien had Gemeente Diemen na de beweerdelijke verkoop door NS kunnen controleren of ze als eigenaar in het Kadaster was terechtgekomen. Dit heeft zij nagelaten. Daarom is het door haar beweerde bezit van het perceel niet te goeder trouw.
Gemeente Diemen heeft sinds 2014 ten onrechte huur voor het perceel geïnd bij ONA. Klein Holland heeft die huur dus niet kunnen incasseren. Dit is schade van Klein Holland die thans nog niet kan worden vastgesteld maar die dient te worden vergoed door Gemeente Diemen, aldus steeds Klein Holland.
4.3.
Gemeente Diemen voert hier tegen aan – kort gezegd – dat het perceel [sectie + nummer 1] met drie andere percelen sinds de jaren ’40 van de vorige eeuw in gebruik was als volkstuinen door ONA. NS heeft in 2001 de eigendom van die vier percelen willen overdragen aan Gemeente Diemen. Bij die transactie is dit perceel dus vergeten. Dat was toen ook niet uit te zoeken omdat in de gemeente veel percelen zijn gelegen, en ook NS veel percelen daar heeft omdat er twee belangrijke spoorlijnen over het grondgebied van Gemeente Diemen lopen.
Gemeente Diemen heeft het perceel in 2001 in bezit genomen alsof het haar eigendom was en heeft sindsdien ook feitelijke handelingen waaruit de eigendomspretentie blijkt verricht. Het perceel is door verkrijgende verjaring, dan wel door extinctieve verjaring, in haar eigendom gekomen, aldus steeds Gemeente Diemen.
4.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
4.5.
Gemeente Diemen vordert, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
Primair
i. te bepalen dat met betrekking tot het inschrijven van de eigendomsverkrijging in de openbare registers van het Kadaster het vonnis dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm gemaakte akte en te bepalen dat het vonnis in de plaats van de akte zal treden.
Subsidiair
Klein Holland te veroordelen binnen 14 dagen na dit vonnis volledige medewerking te verlenen aan het inschrijven van de eigendomsverkrijging in de openbare registers van het Kadaster, op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 voor elke dag dat deze na afloop van de gestelde termijn in gebreke blijft.
Een en ander met veroordeling van Klein Holland in de proceskosten, inclusief de nakosten, en deze te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf vijf dagen na de betekening van dit vonnis tot de dag van voldoening.
4.6.
Gemeente Diemen stelt daartoe overeenkomstig haar verweer in conventie.
4.7.
Klein Holland voert verweer overeenkomstig haar stellingen in conventie.
4.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
De standpunten van partijen in conventie en in reconventie hangen dusdanig samen dat beide procedures gelijktijdig worden behandeld.
in conventie en in reconventie
5.2.
Het geschil tussen partijen betreft de eigendom van het gehele perceel [sectie + nummer 1] . Niet in geschil zijn de erfgrenzen van dit perceel
Verkrijgen van eigendom van onroerende zaken
5.3.
Voor de overdracht in eigendom van een onroerende zaak is vereist de inschrijving van een notariële akte, met een exacte omschrijving van de onroerende zaak, in het daartoe bestemde openbare registers (artikel 3:89 lid 1 BW). Verder is in het geval van koop vereist dat in de notariële akte is opgenomen de koopovereenkomst (in de wet: ‘titel’) voor die onroerende zaak (artikel 3:89 lid 2 BW).
5.4.
Het Kadaster is het openbare register waarin de eigendom van onroerende zaken zoals perceel [sectie + nummer 1] is opgenomen. In het Kadaster is vermeld dat Klein Holland (of haar rechtsvoorgangster) sinds 2014 eigenaresse is van perceel [sectie + nummer 1] (of het voorgaande perceel [sectie + nummer 5] ).
5.5.
Eigendom van een zaak – ook van een onroerende zaak zoals hier in geschil – kan ook op een andere wijze overgaan: (1) door het bezit te hebben over die zaak, (ii) gedurende een in de wet voorgeschreven periode (in dit geval: 10 jaren) en (iii) als dat bezit te goeder trouw is geweest (artikel 3:99 BW). Indien goede trouw ontbreekt, verkrijgt de bezitter na verloop van 20 jaren de eigendom van de zaak (artikel 3:105 BW in verbinding met artikel 3:306 BW).
5.6.
In beide vormen van verkrijging van eigendom door bezit, is dat bezit van de zaak doorslaggevend. Of dit te goeder trouw is (of niet) is pas relevant als bezit kan worden aangenomen.
Over bezit
5.7.
Bezit is het houden van een zaak voor zichzelf (artikel 3:107 BW). Of iemand een zaak houdt (en in dit geval dus ook bezit) wordt vastgesteld naar verkeersopvattingen en op grond van uiterlijke feiten (artikel 3:108 BW). In de wet is verder bepaald dat vermoedt wordt dat diegene die een zaak houdt, dit voor zichzelf te doen (artikel 3:109 BW). In dit geval heeft Gemeente Diemen gesteld dat zij het perceel in bezit heeft genomen door zich de feitelijke macht te verschaffen (artikel 3:113 lid 1 BW). Voor zover de zaak in het bezit van een ander is, dient deze machtsuitoefening naar verkeersopvattingen te zijn gericht op het teniet maken van het bezit van die ander (artikel 3:113 lid 2 BW).
5.8.
Voor de praktijk zijn deze artikelen als volgt door de rechtspraak toegepast, uitgelegd naar dit geschil: Het bezit moet blijken uit feitelijke machtsuitoefening over de (onroerende) zaak. Die feitelijke machtsuitoefening moet naar buiten zijn gericht (de wil of het idee dat je rechthebbende bent, is onvoldoende [1] ) en voor een ieder – maar in ieder geval voor de in het Kadaster ingeschreven eigenaar – moet duidelijk zijn dat de bezitter zich als eigenaar van die onroerende zaak gedraagt. De rol van verkeersopvattingen brengt mee dat bij de beoordeling ook dient te worden betrokken de aard en de bestemming van de (onroerende) zaak [2] .
Feitelijke machtsuitoefening door Gemeente Diemen?
5.9.
Gemeente Diemen heeft gesteld dat zij sinds 2001 de feitelijke macht heeft uitgeoefend over het perceel [sectie + nummer 1] . Zij heeft daartoe gewezen op
de brief van NS aan ONA uit 2002 dat de huur vanaf dan moet worden betaald aan Gemeente Diemen,
de door haar en ONA gesloten huurovereenkomst uit 2014,
de vergadering van NS en ONA in 2010 die zij heeft bijgewoond,
de kapvergunning voor een boom op het perceel [sectie + nummer 1] uit 2011 die zij heeft verleend,
de onderhoudswerkzaamheden in de sloten rond het perceel [sectie + nummer 1] .
5.10.
Zoals hierna wordt toegelicht, volgt dit alles v niet dat Gemeente Diemen de feitelijke macht over perceel [sectie + nummer 1] heeft uitgeoefend.
Handelingen met betrekking tot ONA
5.11.
De brief van de NS aan ONA over de huurbetalingen vanaf 2002 is niet voor derden bekend. Bovendien is dit geen handeling van Gemeente Diemen.
5.12.
Gemeente Diemen is in plaats van NS de huur gaan innen bij ONA en heeft in 2014 een 10-jarige huurovereenkomst gesloten met ONA. Dit zijn echter geen naar buiten toe kenbare feitelijke handelingen waaruit Klein Holland had moeten begrijpen dat Gemeente Diemen daarmee een eigendomspretentie op het perceel [sectie + nummer 1] heeft getoond. Klein Holland kende het bestaan van deze overeenkomst immers niet.
5.13.
Gemeente Diemen heeft gewezen op de uitspraak van rechtbank Rotterdam [3] waaruit volgens haar blijkt dat handelingen met betrekking tot verhuur wel degelijk een eigendomspretentie opleveren. Zij heeft betoogd dat de feitelijke handelingen van ONA daarom aan haar moeten worden aangerekend. Gemeente Diemen heeft daarbij niet concreet gewezen op welke feitelijke bezitshandelingen (anders dan gebruik van het door gehuurde perceel) ONA heeft verricht die aan haar moeten worden toegerekend.
5.14.
In 2010 heeft Gemeente Diemen een vergadering van ProRail en ONA bijgewoond. Gemeente Diemen heeft betoogd dat uit de notulen van die vergadering blijkt van haar bezit van het perceel. Dit betoog volgt niet uit de notulen van die vergadering. De daarin opgenomen mededelingen van Gemeente Diemen duiden niet op een eigendomspretentie. Het onderwerp van die vergadering was een door ProRail geconstateerde onveilige situatie voor de leden van ONA. De openbare veiligheid is een publiekrechtelijke taak van een gemeente, wat dus ook de reden kan zijn geweest dat zij aanwezig was bij die vergadering en die opmerkingen heeft gemaakt. Daarnaast blijkt uit die notulen dat over de volkstuinen van ONA wordt gesproken. Onbetwist is dat Gemeente Diemen eigenaresse is van de andere percelen die toen in gebruik waren door ONA. In de notulen wordt niet specifiek gesproken over perceelnummers. Dus voor zover anderen dan ProRail, ONA en Gemeente Diemen al op de hoogte zijn van deze vergadering en de notulen daarvan, kan die andere persoon daaruit niet afleiden dat Gemeente Diemen die vergadering heeft bijgewoond onder de pretentie dat het perceel [sectie + nummer 1] tot haar eigendom behoorde.
Onderhoudswerkzaamheden en kapvergunning
5.15.
Het kappen van een boom kan niet zonder vergunning van de gemeente. Dat Gemeente Diemen in 2011 zichzelf een kapvergunning heeft verleend, is geen bezitsdaad met eigendomspretenties van het perceel waarop die boom stond. De reden voor de kap van de boom was de publieke veiligheid rond die boom. Dit blijkt ook uit de kapvergunning die is verleend voor een bijzondere onveilige situatie rond de boom. De openbare veiligheid is een publiekrechtelijke taak van een gemeente. Daarom kan uit deze kapvergunning onder die omstandigheden niet worden afgeleid dat Gemeente Diemen daarmee de feitelijke macht over dat perceel heeft uitgeoefend.
5.16.
Gemeente Diemen heeft betoogd dat zij onderhoudswerkzaamheden (waaronder het schoon maken van de sloten en de duikers in die sloten – de doorgang van de sloot onder de openbare weg) door een derde. Ter zitting is gebleken dat onduidelijk is voor partijen wie de eigenaar is van een duiker. Verder is voor de buitenwereld niet duidelijk wie voor die schoonmaakwerkzaamheden opdracht heeft gegeven en of dat deze opdrachtgever bezitter met eigendomspretentie is van het perceel langs de sloot die wordt schoongemaakt.
Overige handelingen van Gemeente Diemen
5.17.
Uit het procesdossier volgt verder dat Gemeente Diemen de onroerende zaakbelasting voor eigenaren (OZB) over perceel [sectie + nummer 1] in rekening heeft gebracht aan (de rechtsvoorgangster van) Klein Holland. Ter zitting heeft Gemeente Diemen betoogd dat zij het heffen van OZB heeft uitbesteed aan de gemeente Amstelveen die daarvoor in het Kadaster onderzoekt wie de eigenaar is en dus die OZB dient te betalen. Gemeente Diemen heeft verder betoogd dat het zeer waarschijnlijk is dat de aan haar verschuldigde (eigenaars) OZB tot 2014 in rekening is gebracht aan NS. De heffing van OZB aan NS en later Klein Holland ondersteunt de stellingen van Gemeente Diemen over haar bezit met eigendomspretentie in ieder geval niet.
Aard en bestemming van perceel en belangen ONA
5.18.
Volgens Gemeente Diemen moeten de aard en bestemming van het perceel in haar voordeel worden betrokken bij de beoordeling van dit geschil. Zij heeft betoogd dat het perceel sinds de jaren ’40 van de vorige eeuw in gebruik is als volkstuinen door ONA. Klein Holland heeft hier tegen in gebracht dat dit ook gold voor drie andere percelen die Gemeente Diemen in 2001 van NS heeft gekocht (met de perceelnummers [sectie + nummer 2] , [sectie + nummer 6] en [sectie + nummer 3] ) en dat die drie andere percelen inmiddels een andere bestemming hebben en zijn bebouwd. Dit heeft Gemeente Diemen niet weersproken. Daaruit volgt dat het historisch gebruik als volkstuin van het perceel niet in de weg staat voor een andere bestemming en dat uit dat historisch gebruik als volkstuin niet blijkt dat het perceel naar zijn aard niet anders kan worden gebruikt dan als volkstuin. De aard en de bestemming van het perceel geven in dit geval alleen al daarom geen aanleiding om de eigendom van dat perceel toe te kennen aan Gemeente Diemen.
5.19.
Uit het bovenstaande volgt ook dat het belang van ONA voor Gemeente Diemen niet doorslaggevend is. Zij heeft immers de bestemming van de drie andere percelen die in gebruik waren door ONA aangepast en onmogelijk gemaakt om te worden gebruikt als volkstuin door ONA. Gemeente Diemen heeft geen feiten en omstandigheden gesteld waaruit kan worden afgeleid dat dit anders is, dan wel zou moeten zijn, voor het vierde perceel [sectie + nummer 1] .
Tussenconclusie over bezit
5.20.
Uit geen van gestelde omstandigheden kan dus worden afgeleid dat Gemeente Diemen de feitelijke machtsuitoefening over perceel [sectie + nummer 1] heeft uitgeoefend. Dit leidt tot de slotsom dat dat Gemeente Diemen geen bezit heeft gehad van perceel [sectie + nummer 1] . Haar beroep op verkrijgende verjaring (artikel 3:99 BW) of verkrijging door extinctieve verjaring (artikel 3:105 BW in verbinding met artikel 3:306 BW) van dat perceel slaagt dan ook niet.
Vergissing bij koop in 2001?
5.21.
Gemeente Diemen heeft ook nog aangevoerd dat bij de koop van percelen van NS in 2001 bedoeld is geweest alle percelen die door ONA in gebruik waren als volkstuin aan haar in eigendom over te dragen. Dat het toenmalige perceel [sectie + nummer 5] (thans: perceel [sectie + nummer 1] ) niet is overgedragen is een fout geweest in de koopovereenkomst en leveringsakte. Gemeente Diemen heeft in randnummer 2.5 van haar antwoord in conventie gesteld dat perceel [sectie + nummer 1] in feitelijke zin ook aan haar is geleverd.
5.22.
Wat hiervan ook zij nu ProRail hetzelfde perceel jaren later aan Klein Holland heeft verkocht en geleverd, dit betoog van Gemeente Diemen kan niet leiden tot een andere uitkomst. Een vergissing bij de koop en levering van een onroerende zaak, bestaande uit het vergeten een geheel perceel op te nemen in de koopovereenkomst en de leveringsakte, kan niet leiden tot verkrijging van de eigendom van die onroerende zaak. Daarvoor zijn immers zeer nauwkeurige en strikte voorwaarden gesteld in de wet: overdracht van de eigendom van een onroerende zaak vindt plaats door de levering vastgelegd in een notariële akte, gebaseerd op een koopovereenkomst en inschrijving van die notariële akte in het daartoe bestemde openbaar register (artikel 3:89 BW), in dit geval het Kadaster. Dat een vergissing bij het opstellen van de koopovereenkomst en de leveringsakte ook kan leiden tot overdracht van de eigendom van een onroerende zaak past daar niet in. Voor zover Gemeente Diemen zich op deze wijze heeft beroepen op die door haar gestelde vergissing van haar en NS, wordt dit dus verworpen.
5.23.
Gemeente Diemen heeft verder gesteld dat het voor haar onmogelijk was om in 2001 de fout in de koopovereenkomst en leveringsakte met NS te ontdekken. Er zijn veel percelen in het grondgebied van Gemeente Diemen en NS heeft ook een groot aantal percelen in eigendom (gehad). Om in 2001 vast te stellen dat NS de juiste percelen aan Gemeente Diemen zou verkopen en leveren was onmogelijk. Daarvoor zou een nader onderzoek nodig zijn waarin luchtfoto’s worden vergeleken met kadastrale tekeningen om vast te stellen dat de juiste percelen zouden worden overgedragen, aldus steeds Gemeente Diemen.
5.24.
Wat van er van dit betoog van Gemeente Diemen ook zij, het kan niet leiden tot een andere uitkomst. De koopovereenkomst tussen haar en NS uit 2001 betreft in totaal slechts acht (8) percelen, waarvan er drie in gebruik waren als volkstuinen door ONA. Een simpele controle naar alle door ONA gebruikte percelen had dus al duidelijk gemaakt dat niet alle percelen in gebruik als volkstuin door ONA waren opgenomen in de koopovereenkomst en de leveringsakte van NS en Gemeente Diemen, zoals ook Klein Holland terecht heeft betoogd ter zitting.
Slotsom over eigendom perceel [sectie + nummer 1]
5.25.
Uit al het bovenstaande volgt dat de stellingen van Gemeente Diemen over het door haar met eigendomspretenties uitgeoefende bezit van perceel [sectie + nummer 1] worden verworpen. Ook de overige stellingen van Gemeente Diemen over waarom zij als gerechtvaardigde eigenaar van het perceel moet worden beschouwd worden niet gevolgd. De stellingen van Gemeente Diemen over het niet rechtsgeldig stuiten van de verjaring door Klein Holland zijn daarom verder niet van belang.
5.26.
Dit houdt in dat de primaire vordering van Klein Holland in conventie wordt toegewezen en dat de vorderingen van Gemeente Diemen in reconventie worden afgewezen.
Schadevergoeding (vordering onder 2 in conventie)
5.27.
Klein Holland heeft onder 2 in conventie gevorderd veroordeling van Gemeente Diemen tot betaling van een schadevergoeding uit onrechtmatige daad of uit ongerechtvaardigde verrijking. Daarover heeft Klein Holland gesteld dat zij niet in staat is geweest de huurpenningen te kunnen incasseren omdat Gemeente Diemen deze al heeft geïnd bij ONA op grond van haar onrechtmatige eigendomspretenties. Het innen van de huur bij ONA door Gemeente Diemen onrechtmatig jegens Klein Holland, dan wel is Gemeente Diemen daardoor ongerechtvaardigd verrijkt, aldus steeds Klein Holland.
5.28.
Gemeente Diemen heeft niet specifiek op de deze vordering gereageerd, zodat deze voor toewijzing gereed ligt.
Afsluitende overwegingen
5.29.
Uit dit alles volgt dat Gemeente Diemen in het ongelijk wordt gesteld in conventie en in reconventie. Zij wordt dan ook in beide procedures in de proceskosten van Klein Holland veroordeeld. Omdat de standpunten van partijen in reconventie nauw samenhangen met de primaire vordering van Klein Holland in conventie, wordt de conclusie van antwoord in reconventie van Klein Holland als een nadere inhoudelijke akte in conventie beschouwd (en dus een half punt meetellend voor de begroting van de kostenpost salaris advocaat). Op deze wijze worden de aanvullende kosten (die na dit vonnis ontstaan) voor Gemeente Diemen beperkt tot slechts die in conventie.
in conventie voorts
5.30.
De primaire vordering onder 1 en de vordering onder 2 van Klein Holland worden toegewezen.
5.31.
Gemeente Diemen zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Klein Holland worden begroot op:
- explootkosten
109,44
- griffierecht
676,00
- salaris advocaat
1.495
2½ punt tarief onbepaalde waarde
- nakosten
173,00
(plus verhoging als vermeld in de beslissing)
Totaal
2.453,44
in reconventie voorts
5.32.
De standpunten van Gemeente Diemen worden niet gevolgd, zodat haar vorderingen worden afgewezen.
5.33.
Gemeente Diemen zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Gelet op de samenhang van de standpunten van partijen met die in conventie worden de kosten in reconventie aan de zijde van Klein Holland begroot op nihil.

6.De beslissing

De rechtbank
in conventie
6.1.
verklaart voor recht dat perceel kadastraal bekend Gemeente Diemen, [sectie + nummer 1] in eigendom toebehoort aan Klein Holland,
6.2.
veroordeelt Gemeente Diemen tot betaling aan Klein Holland van een vergoeding voor de in randnummer 2.26 van de dagvaarding gestelde schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet,
6.3.
veroordeelt Gemeente Diemen in de proceskosten, aan de zijde van Klein Holland begroot op € 2.453,44; als Gemeente Diemen niet binnen veertien dagen na aanschrijving van dit vonnis voldoet aan deze veroordeling en dit vonnis wordt betekent, worden de proceskosten vermeerderd met € 90,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening,
6.4.
verklaart bovenstaande veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad,
in reconventie
6.5.
wijst het gevorderde af,
6.6.
veroordeelt Gemeente Diemen in de proceskosten, aan de zijde van Klein Holland begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. Q.R.M. Falger, rechter, bijgestaan door mr. R.E.R. Verloo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2023.

Voetnoten

1.Zo ook: Gerechtshof Den Bosch, 15 augustus 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:3624 overweging 3.7.2
2.Hoge Raad 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:309
3.Rechtbank Rotterdam, 18 mei 2011, ECLI:NL:RBROT:2011:BQ5642