Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[verzoeker 1] ,wonende te [woonplaats] ,
- het proces-verbaal van de zitting van de meervoudige strafkamer van deze rechtbank van 17 oktober 2023 met parketnummers 71-312071-22 en 71-312098-22,
- het verzoek tot wraking van 8 november 2023 (met bijlagen), ingediend door mr. Jahae en mr. Pluimer,
- de schriftelijke reactie van de rechter van 29 november 2023 op het verzoek tot wraking,
- een nadere toelichting op het wrakingsverzoek (met bijlagen) van mr. Jahae en mr. Pluimer van 12 december 2023,
- een audio-opname van de zitting van 17 oktober 2023, toegezonden door mr. Pluimer bij e-mail van 13 december 2023,
- een pleitnota van mr. Jahae en mr. Pluimer, opgesteld ten behoeve van de zitting van de wrakingskamer op 13 december 2023.
1.De feiten
2.Het verzoek en de gronden daarvan
a) de rol van de partner van de rechter en het verzoek om opheldering en uitleg daarover;
b) het voorstel van de rechter om een en ander in een informele bijeenkomst te bespreken, in het bijzijn van alle procesdeelnemers, behalve verzoekers;
c) de schriftelijke reactie van de rechter van 3 november 2023 waarin de vragen deels zijn bevestigd, maar waarin het merendeel van de vragen niet wordt beantwoord; en
d) de hulp die de rechter het OM bood op de zitting van 17 oktober 2023.
Ter toelichting stellen verzoekers het volgende:
ad a) na de regiezitting van 17 oktober 2023 is het verzoekers ter ore gekomen dat de partner van de rechter werkzaam is als professioneel acteur en de rol heeft gespeeld van [naam 1] in de televisieserie ‘ [naam tv serie] ’, naar het boek van [naam schrijver] , de zus van [naam broer] . De verklaringen van de zussen [familienaam] vormen de basis voor de verdenking en het belangrijkste bewijsmiddel in de strafzaak tegen verzoekers. [naam 1] heeft een cruciale rol gespeeld bij de totstandkoming van die verklaringen en die verklaringen hebben aan gewicht gewonnen omdat [naam 1] zich achter de zussen [familienaam] heeft geschaard. Het OM heeft in de zaak Terrel ook een tweetal verklaringen van [naam 1] zelf in het bewijsmiddelenoverzicht opgenomen. Zijn rol in de zaak Terrel kan daarmee niet worden onderschat. Sterker nog, [verzoeker 1] is in 2009 reeds vrijgesproken van dezelfde feiten en door de bemoeienis van [naam 1] in deze kwestie vervolgt het OM hem wederom. Verder is van belang dat de partner van de rechter de zitting van 17 oktober 2023 gedeeltelijk heeft bijgewoond. Verzoekers hebben gemeend om dit eerst bij de rechter te verifiëren en hebben om die reden de brief van 23 oktober 2023 gestuurd. De rechter heeft in haar reactie van 3 november 2023 bevestigd dat haar partner de rol van [naam 1] heeft gespeeld en dat hij gedeeltelijk aanwezig is geweest bij de zitting van 17 oktober 2023. Het is volstrekt logisch en aannemelijk dat de rechter en haar partner in huiselijke kring hebben gesproken over het boek en de tv-serie ‘ [naam tv serie] ’ en over de vraag of de verklaringen van de zussen [familienaam] waar zijn, waarbij van belang is dat de partner van de rechter zich heeft ingeleefd in de rol van [naam 1] die op zijn beurt overtuigd was van het gelijk van de zussen [familienaam] . De vrees dat de rechter zich de waarheid van de zussen [familienaam] eigen heeft gemaakt is dan ook objectief gerechtvaardigd. In de brief van 23 oktober 2023 hebben verzoekers ook aandacht gevraagd voor een aantal andere kwesties die, als het waar was dat de partner van de rechter inderdaad de rol van [naam 1] had gespeeld, in een ander daglicht zouden komen te staan en die zouden kunnen bijdragen aan het vermoeden van partijdigheid. Het gaat er dan om dat het OM al veel eerder dan de verdediging – in ieder geval al in juli 2023 – op de hoogte was van de naam van de rechter (terwijl het nieuw beleid is van de rechtbank Amsterdam om de namen van de rechters tot één week voor de zitting geheim te houden) en dat er toen al contact is geweest tussen het OM en de rechter. Ook is in dit verband van belang dat de rechter in het verleden werkzaam is geweest bij het advocatenkantoor dat de (bestuursrechtelijke) belangen van verzoekers heeft behartigd.
ad b) naar de mening van verzoekers lenen de vragen die zijn gesteld in de brief van 23 oktober 2023 zich niet voor bespreking in een ‘informele bijeenkomst’ omdat partijen in strafzaken publiekelijk verantwoording moeten afleggen. Bovendien zijn uitgerekend verzoekers niet uitgenodigd voor deze ‘informele bijeenkomst’.
ad c) het leeuwendeel van de vragen uit de brief van 23 oktober 2023 wordt niet door de rechter beantwoord in haar e-mail van 3 november 2023. Impliciet bevestigt zij wel dat haar partner de rol van [naam 1] heeft gespeeld en dat hij gedeeltelijk op de regiezitting aanwezig was, maar zij gaat onder meer niet in op de vraag of zij dit heeft besproken met de leden van de zittingscombinatie en/of met het OM, of een en ander is meegewogen bij de mogelijke schijn van partijdigheid vanwege de eerdere werkkring van de rechter op het advocatenkantoor waar verzoekers cliënt waren, waarom er eerder contact is geweest tussen de rechter en het OM en waarom dit contact is verzwegen voor de verdediging.
ad d) uit het bewijsmiddelenoverzicht van het OM volgt dat, volgens het OM, sprake is van twee criminele geldstromen die in verband worden gebracht met het witwassen. Ter zitting maakte de rechter het OM erop attent dat er mogelijk nog een derde criminele geldstroom waar te nemen was in het dossier die niet voorkomt in het bewijsmiddelenoverzicht. Ook op andere wijze heeft de rechter (tot verbazing van verzoekers) suggesties en concrete ideeën aangebracht over hoe het bewijs het beste kan worden geleverd (ideeën die het OM nog niet zelf had bedacht). Met de wetenschap die achteraf is opgedaan (over de partner van de rechter) past dit in het plaatje van een rechter die (objectief gezien) de indruk wekt partijdig te zijn.
3.De reactie van de rechter
Het is juist dat het OM al in de zomer van 2023 wist dat de rechter optrad als voorzitter van de zittingscombinatie. De officier van justitie heeft op 20 juli 2023 een e-mail gestuurd naar de griffier en ontving toen een automatisch bericht dat de griffier op dat moment met vakantie was. In dat bericht stond ook: “
Berichten met betrekking tot het onderzoek Terrel verzoek ik door te sturen naar de voorzitter, mr. Slager. (…)”. Vervolgens heeft de officier van justitie de mail naar de rechter gestuurd met de verdediging in de cc. Het was de verdediging dus al vanaf juli 2023 bekend dat de rechter de zaak voorzit. Er heeft geen communicatie plaatsgevonden die de vrees voor partijdigheid kan wekken.
Op de zitting heeft de rechter vragen gesteld aan zowel het OM als [verzoeker 1] . De vraag over de ‘derde’ geldstroom was gebaseerd op informatie uit het dossier (te weten het relaasproces-verbaal en het voorlopig bewijsmiddelenoverzicht, waarin het vonnis in de strafzaak tegen [naam 2] is opgenomen). Ook de vraag van de rechter over mogelijk nieuwe feitelijke witwasgedragingen was gebaseerd op informatie uit het dossier.
Tot slot heeft de rechter aangevoerd dat het niet ongebruikelijk is om professionele procesdeelnemers uit de nodigen voor een informele bijeenkomst. Zij staat nog steeds achter die uitnodiging. Toen de verdediging hier niet op inging heeft zij de vragen alsnog schriftelijk beantwoord.
4.De beoordeling van het verzoek
- wijst het verzoek tot wraking af,
- bepaalt dat de procedures met parketnummers 71-312071-22 en 71-312098-22 worden hervat in de stand waarin deze zich bevonden ten tijde van de indiening van het wrakingsverzoek.