Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Landgericht Aachen, Duitsland (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Landgericht Aachen(Districtsrechtbank) van 31 januari 2018 in verbinding met de beschikking van het
Bundesgerechtshof(Federale Hof van Justitie] van 27 november 2018 met dossiernummer: 63 Kls 50/15.
Landgericht Aachenheeft geleid. Door het
Bundesgerechtshofis niet opnieuw in feite en in rechte ten gronde over de schuld en/of opgelegde straf geoordeeld.
4.Strafbaarheid
5.Onschuldverweer
rechtbank: niet vertaalde) stukken van zijn Duitse advocaten overgelegd die hier volgens hem op zien. Bij de overgelegde brieven zit ook een schrijven van de Duitse advocaat van de opgeëiste persoon over een klacht die is ingediend over de gang van zaken met betrekking tot de ingediende herzieningsverzoeken. De Duitse autoriteiten hebben toegegeven dat er in de procedures fouten zijn gemaakt, volgens de opgeëiste persoon. Thans is opnieuw een herzieningsverzoek ingediend en dat is daadwerkelijk in behandeling genomen. De verwachting bestaat dat hierop binnen enkele maanden zal worden beslist. Daarom wordt verzocht het onderzoek ter zitting voor een aantal maanden aan te houden, zodat de uitkomst van het herzieningsverzoek in Duitsland kan worden afgewacht.
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het
Landgericht Aachen(Duitsland) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.