ECLI:NL:RBAMS:2023:717

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
6 februari 2023
Publicatiedatum
13 februari 2023
Zaaknummer
728722 / FA RK 23.525
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze beschikking van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 6 februari 2023, wordt een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel verleend aan een betrokkene, geboren in 2001, die lijdt aan ernstige psychische en somatische klachten. De rechtbank behandelt een verzoek van de officier van justitie tot verlenging van de crisismaatregel, die eerder op 27 januari 2023 was toegewezen voor een periode van 10 dagen. De betrokkene en haar ouders hebben verzet aangetekend tegen de voorgestelde zorg, waarbij zij aanvoeren dat de betrokkene lijdt aan het syndroom van Wilkie en niet aan een geestesziekte. De rechtbank constateert dat er een verschil van inzicht bestaat tussen het behandelteam en de betrokkene en haar ouders over de aard van de klachten en de noodzakelijke zorg. De psychiater heeft aangegeven dat er een ernstig vermoeden bestaat van een psychische stoornis, wat leidt tot levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. De rechtbank oordeelt dat de crisismaatregel moet worden verlengd voor een periode van 11 dagen, waarbij verplichte zorg noodzakelijk is om het dreigende nadeel af te wenden. De rechtbank wijst het verzoek om zorgmachtiging af, omdat er enkel verzet is tegen de behandeling op de huidige afdeling. De beschikking is mondeling gegeven door rechter P.B. Martens en schriftelijk uitgewerkt op 13 februari 2023.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/728722 / FA RK 23/525
kenmerk: VCM/IND/99100
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 6 februari 2023naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene]
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] ,
verblijvende te [verblijfplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. S. Koster te Amsterdam.

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Het verdere procesverloop blijkt uit de beschikking van deze rechtbank van 27 januari 2023, waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast wordt beschouwd.
1.2.
In de voormelde beschikking heeft de rechtbank de voortzetting crisismaatregel voor de duur van 10 dagen toegewezen en voor het overige aangehouden.
1.3.
Dit verzoek is tegelijkertijd behandeld met een verzoek d.d. 3 februari 2023 van de officier van justitie tot het verlenen van een zorgmachtiging aansluitend op voortzetting crisismaatregel op grond van artikel 5:8 en 7:11 lid 4 Wvggz. (C/13/729174 FA RK 23/795).
De verdere mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 6 februari 2023, in het gebouw van het [verblijfplaats] .
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene;
- ouders van betrokkene;
- psychiater, mevrouw M. Oudijn;
- psychiater, de heer K. Scheepstra.

2.Beoordeling

2.1
De ouders en de advocaat hebben tijdens de mondelinge behandeling afwijzing van het onderhavige verzoek bepleit. Zij voeren hiertoe aan dat betrokkene de diagnose bestrijdt. Volgens haar komen de klachten die zij ervaart overeen met de symptomen die passen bij het syndroom van Wilkie. Er is derhalve geen sprake van een geestesziekte, maar van een somatische aandoening. Er is weliswaar op initiatief van de internist een bloedonderzoek verricht en een echo gedaan waar niets bijzonders uit naar voren is gekomen, maar een CT-scan is niet verricht zodat het bestaan van het syndroom van Wilkie en dus een lichamelijk oorzaak van haar lijden tot de dag van vandaag niet kan worden uitgesloten. Betrokkene heeft een second-opinion aangevraagd, maar dat werd tot nu toe tegengehouden. Hierdoor komt er geen duidelijkheid voor betrokkene en verblijft ze nu op een plek waar zij niet hoort te zijn. Dit geeft haar veel stress en onzekerheid. Ouders begrijpen de noodzaak van zorg. Om die reden zijn zij sinds december al bezig de juiste zorg voor betrokkene te krijgen. Ook om die reden is gedwongen zorg niet noodzakelijk. Betrokkene wil in ieder geval niet langer op de huidige afdeling blijven. Betrokkene voelt zich hier, door ervaring in het verleden, onveilig en onbegrepen. Zij ervaart hierdoor stress. Dat is niet goed voor haar noodzakelijke herstel. Er zijn ook alternatieven voorhanden. Een daarvan is terugplaatsing naar de Acute Opname Afdeling (hierna: AOA) van het [verblijfplaats] . Betrokkene heeft voorafgaand aan haar [unit] -opname aldaar verbleven. Zij voelde zich daar veel beter en het ging daar goed met haar. Terugplaatsing naar de AOA is voor betrokkene en haar ouders acceptabel. Een ander alternatief is overplaatsing naar de [unit] in Haarlem. Daar kan betrokkene een nieuwe start maken en daar kan ook een second opinion aangevraagd worden.
2.2.
De psychiater heeft ter zitting medegedeeld dat er een verschil van inzicht is ontstaan tussen het behandelteam enerzijds en betrokkene en haar ouders anderzijds. Op initiatief van de internist is een bloedonderzoek verricht en een echo gedaan waaruit naar voren is gekomen dat een lichamelijk oorzaak van het lijden van betrokkene kan worden uitgesloten en dat een psychische stoornis eraan ten grondslag ligt. Een second opinion is mogelijk. Een CT-scan kan worden uitgevoerd zodra betrokkenes nierfunctie dat toelaat. Voor de lichamelijke toestand van betrokkene bestaat de noodzaak dat zij momenteel in het ziekenhuis opgenomen is. Gelet op de slechte behandelrelatie die is ontstaan, kan betrokkene een dezer dagen worden overgeplaatst naar de [unit] in Haarlem. De eerst beschikbare plaats is voor haar gereserveerd. De lichamelijke situatie van betrokkene is dusdanig kritiek dat verblijf op de [unit] op dit moment de enige mogelijkheid is om haar de noodzakelijke medisch zorg te bieden. Op de AOA kan dit niet worden geboden omdat zowel een psychische behandeling als een somatische behandeling nodig is. Betrokkene heeft een ernstig ondergewicht en een ambulante behandeling biedt onvoldoende veiligheid. Een streng 24-uurstoezicht is essentieel.
2.3.
De rechtbank bemerkt dat er een verschil van inzicht bestaat het behandelteam enerzijds en betrokkene en haar ouders anderzijds. Dat betrokkene pijn lijdt na voedselinname en zorg nodig heeft, daar is iedereen het over eens. Welke zorg dat moet zijn, waar de zorg verleend moet worden en wat de onderliggende oorzaak is daarover lopen de meningen op dit moment uiteen. De rechtbank merkt dat dit voor veel weerstand zorgt bij betrokkene en haar ouders.
2.4.
Naar het oordeel van de rechtbank, en anders dan de advocaat heeft bepleit, volgt uit de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting dat er op dit moment sprake is van een ernstig vermoeden dat het gedrag van betrokkene voortvloeit uit een psychische stoornis, in de vorm van een somatische symptoomstoornis met forse buikpijnklachten, waardoor ernstige restrictieve eetproblematiek. De rechtbank wenst te benadrukken dat de pijn die betrokkene heeft echt is en ook door de behandelaars serieus wordt genomen, welke oorzaak deze ook heeft.
2.5.
Gebleken is dat dat deze stoornis leidt tot onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel.
2.6.
De situatie is zo ernstig dat de crisismaatregel dient te worden verlengd.
2.7.
De rechtbank is van oordeel dat van de zorg die is genoemd in de crisismaatregel, de volgende vormen van zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden:
  • toedienen van vocht, voeding en medicatie gedurende 11 dagen;
  • het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening gedurende 11 dagen;
  • beperken van de bewegingsvrijheid gedurende 11 dagen;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene gedurende 11 dagen;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen gedurende 11 dagen;
  • opnemen in een accommodatie gedurende 11 dagen.
2.8.
De rechtbank gaat mee in de huidige zorgen van de specialisten. Het gewicht van betrokkene is op dit moment zo zorgelijk laag dat het belangrijk is dat zij de (sonde)voeding dagelijks inneemt en zij niet meer mag bewegen dan strikt noodzakelijk. Een andere afdeling binnen het [verblijfplaats] biedt onvoldoende expertise en toezicht.
2.9.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief
.Betrokkene en haar familie verzetten zich tegen deze zorg. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.10.
Omdat sprake is van verzet tegen behandeling op de [unit] in het [verblijfplaats] en betrokkene over enkele dagen overgaat naar de [unit] te Haarlem acht de rechtbank een voortzetting van de crisismaatregel nog geïndiceerd ter overbrugging van de overplaatsing naar de [unit] in Haarlem. Betrokkene kan daar een start maken met een nieuw behandelteam en daar kan, zodra dat mogelijk is, ook nader onderzocht worden of er een somatische oorzaak aan haar pijn ten grondslag ligt. Voor nu is echter belangrijk dat betrokkene de komende dagen aansterkt. De rechtbank is van oordeel dat een voortzetting van de crisismaatregel op dit moment dan ook geïndiceerd is.
2.11.
De rechtbank zal de crisismaatregel verlenen voor de resterende duur van 11 dagen. De rechtbank zal het verzoek zorgmachtiging aansluitend op voortzetting crisismaatregel afwijzen omdat gebleken is dat er enkel sprake is van verzet tegen behandeling op de [unit] in het [verblijfplaats] . De verwachting is dat betrokkene op vrijwillige basis zal meewerken aan behandelingen en onderzoeken op de [unit] in Haarlem.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van [betrokkene], geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] , voor zover het de in rechtsoverweging 2.7. genoemde vormen van verplichte zorg betreft;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 17 februari 2023;
Deze beschikking is op 6 februari 2023 mondeling gegeven door mr. P.B. Martens, rechter en in het openbaar uitgesproken bijgestaan door J. Koomen als griffier, en op 13 februari 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open
.