In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 27 juli 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een eiseres en gedaagden, waarbij de eiseres vorderde om gedaagden te veroordelen tot ontruiming van een huurwoning in Amsterdam. De eiseres, die de woning huurt van Lieven de Key, had toestemming gegeven aan gedaagde 1 om als huisbewaarder in de woning te verblijven. Deze toestemming was echter verlopen en gedaagde 1 weigerde de woning te verlaten, ondanks herhaalde verzoeken van de eiseres. De kantonrechter oordeelde dat de eiseres aan de voorwaarden voor beëindiging van de huisbewaring had voldaan en dat gedaagde 1 c.s. geen recht had op huurbescherming. De kantonrechter wees de vordering van de eiseres toe, waarbij gedaagde 1 c.s. werd veroordeeld om de woning binnen 14 dagen te ontruimen en de achterstallige huur te betalen. De rechter benadrukte het spoedeisende belang van de eiseres, die zorg draagt voor haar kinderen en momenteel in onleefbare omstandigheden verblijft. De kosten van de procedure werden ook aan gedaagde 1 c.s. opgelegd.