Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser] ,
verweerders in reconventie,
1.1. [gedaagde] ,
REVEALROX DISTRIBUTION HOLDING S.A.,
eisers in reconventie,
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 juni 2022 met producties 1-154,
- de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie met producties 1-206,
2.De feiten
3.Het geschil
i.
primairvernietigt
ii.
subsidiairontbindt
i.
primairvernietigt
ii.
subsidiairontbindt
barter tradeinvesteringen in Iran kunnen doen. [gedaagde] heeft voor [eiser] c.s. verzwegen dat hij de leningen (grotendeels) in plaats daarvan uitgaf aan privédoeleinden zoals casinobezoeken, het kopen van huizen, horloges, sportauto’s en het huren van jachten. Ook heeft hij betaalbewijzen vervalst en bemiddelaar [naam] omgekocht. Subsidiair moeten de VSO dan wel de leningsovereenkomsten worden ontbonden omdat [gedaagde] c.s. toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van zijn verplichtingen uit hoofde van de VSO. Meer subsidiair is [gedaagde] c.s. op grond van de VSO dan wel de leningsovereenkomsten gehouden om de leningen met rente aan [eiser] c.s. terug te betalen. Tot slot heeft [gedaagde] onrechtmatig jegens [eiser] c.s. gehandeld door op verschillende manieren te verhullen dat hij de leningen aan privédoeleinden besteedde. Als gevolg hiervan heeft [eiser] c.s. schade geleden.
- [eiser] c.s. veroordeelt tot:
- bepaalt dat de aangepaste aflossingstermijnen zoals opgenomen in de conclusie van antwoord komen in de plaats van de verplichtingen uit artikel 3, 4 en 6 VSO,
- bepaalt dat de datum van de vierde (en laatste) aflossingstermijn in de VSO wordt aangepast,
- [eiser] c.s. hoofdelijk veroordeelt in de proces- en nakosten van deze procedure, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.De beoordeling
barter trade, omdat dit volgens [gedaagde] nodig was om het geld naar Iran te krijgen. Maar dat is iets anders dan het doen van exorbitante privéuitgaven, zoals het kopen van huizen, horloges, sportauto’s en het huren van jachten en privévliegtuigen. [gedaagde] heeft deze uitgaven voor [eiser] c.s. verzwegen. Om [eiser] c.s. te doen geloven dat de leningen toch voor de koop van de steengroeven waren aangewend heeft [gedaagde] diverse betalingsafschriften en een overeenkomst van geldlening tussen hem en een derde vervalst. Ook heeft [gedaagde] een onjuiste prognose gegeven over de omzet die met de steengroeven zou worden gerealiseerd om zo aan te tonen dat het haalbaar was om de leningen binnen vijf jaar terug te betalen. Tot slot heeft [gedaagde] een overeenkomst met [naam] gesloten en betalingen aan hem verricht, opdat [naam] bij het opstellen van de VSO [gedaagde] ’s belangen boven die van [eiser] c.s. stelde. Dit, terwijl bij [eiser] de indruk was gewekt dat [naam] als onafhankelijke bemiddelaar optrad. Al deze kunstgrepen hebben ertoe geleid dat [eiser] c.s. de leningsovereenkomsten is aangegaan en de VSO heeft ondertekend. Als [gedaagde] c.s. wel een juiste voorstelling van zaken had gegeven, dan had [eiser] dit niet gedaan en daarom moeten de overeenkomsten worden vernietigd, aldus steeds [eiser] c.s.
de afspraak zal dus kort en bondig moeten zijn. Waar is het geld gebleven. Hij[ [gedaagde] , rb]
garandeert dat het voor de aanschaf van de respectievelijke groeven is geweest. Mocht blijken dat dat niet het geval is, is de schuld direct opeisbaar. De Quote berichten zijn zorgwekkend, laten we daar geen misverstand over hebben. Er is blijkbaar meer aan de hand. Een strafbaar feit, zou ik dan ook niet willen uitsluiten.” [eiser] heeft uiteindelijk besloten de VSO aan te gaan, zonder dat daarin een garantie over de besteding van het geleende geld was opgenomen.
WAB[ [eiser] , rb]
en Sarabel verlenen DNM[ [gedaagde] , rb]
kwijting voor alle vorderingen in verband met de in 2015 begonnen en intussen beëindigde samenwerking en alles wat daarmee verband houdt en zullen dus terzake geen (vervolg-)procedures meer tegen DNM en aan hem gelieerde (rechts-)personen of ondernemingen starten. Deze kwijting ziet niet op de vorderingen van WAB/Sarabel tot terugbetaling van de lening en de rente en wat daarmee in verband staat (dus inclusief uitwinning zekerheden etc.).”
€ 8.494,00(2,0 punten × tarief € 4.247,00)
5.De beslissing
- over € 2.199.430 met ingang van 26 januari 2016,
- over € 10.000.000 met ingang van 8 maart 2016,
- over € 4.500.000 met ingang van 18 mei 2016,
- over € 9.000.000 met ingang van 23 mei 2016,
- over € 10.000.000 met ingang van 3 augustus 2016,
- over € 850.000 met ingang van 2 december 2016,
- over € 5.000.000 met ingang van 12 december 2016,
- over € 5.000.000 met ingang van 23 december 2016
steeds tot de dag van volledige betaling,
- over € 1.000.000 met ingang van 22 juni 2015,
- over € 9.000.000 met ingang van 24 juni 2015,
- over € 9.600.000 met ingang van 17 augustus 2015,
- over € 1.900.000 met ingang van 19 augustus 2015,
- over € 2.300.000 met ingang van 20 april 2016,
- over € 5.000.000 met ingang van 6 mei 2016
steeds tot de dag van volledige betaling,