Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
zaak A– kort gezegd en na wijziging van de tenlastelegging – ervan beschuldigd dat hij zich op 11 november 2022 te Hellevoetsluis heeft schuldig gemaakt aan het opzettelijk en wederrechtelijk vernielen dan wel beschadigen van een gebouw, te weten het gemeentehuis aan de [adres 4] te Hellevoetsluis, toebehorende aan de gemeente Hellevoetsluis.
zaak B– kort gezegd – ervan beschuldigd dat hij zich in Amsterdam heeft schuldig gemaakt aan
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.De ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie
.
4.Vormverzuim in het vooronderzoek?
5.De waardering van het bewijs
in bijlage IIhet volgende vast.
De landelijke intocht van Sinterklaas vindt in 2022 plaats in Hellevoetsluis op
12 november. Op 11 november 2022 ziet beveiliger [naam 2] een man die flesjes met daarin verf tegen het gemeentehuis van Hellevoetsluis aangooit. Hierdoor is verf op het gemeentehuis terecht gekomen en is een raam kapot gegaan. De beveiliger heeft deze man ter plaatse gehouden totdat de politie arriveert. Twee andere beveiligers zijn kort hierna bij beveiliger [naam 2] en de aangehouden man aangekomen. Onderweg daarnaartoe hebben zij geen andere personen in de omgeving gezien. Enkele minuten later arriveert de politie. De man, waarvan de politie vaststelt dat het verdachte is, wordt aangehouden. Naast de verdachte ziet de politie een bierfles staan, gevuld met zwarte en roze verf.
bijlage IIvast dat op
3 december 2020 een muurschildering van [instelling] op het gebouw van
[naam vereniging] met witte verf wordt beklad door NN2. Verdachte wordt door een verbalisant herkend als NN2. De stills van de camerabeelden zijn ter terechtzitting getoond en ook de rechtbank herkent op de terechtzitting de verdachte als NN2.
bijlage IIhet volgende vast dat op 16 januari 2021 [naam 1] aangifte heeft gedaan van belediging, omdat er vijf stickers met de tekst “hier pleegt men genocide” op het partijkantoor van de PvdA Amsterdam waren geplakt. Die dag heeft [naam 1] een e-mail ontvangen waaruit kan worden afgeleid dat [stichting] een actie had opgeëist en waarin een twitterbericht is opgenomen. Verdachte is de voorzitter van deze stichting. Deze e-mail ondertekend door
“mr. drs. [verdachte] , voorzitter”.Op diezelfde dag heeft het twitteraccount van [stichting] een bericht gepost met de volgende tekst:
6.De bewezenverklaring
bijlage IIvervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
op 3 december 2020 te Amsterdam opzettelijk en wederrechtelijk het gebouw van [instelling] aan de [adres 2] in Amsterdam, toebehorende aan vereniging [naam vereniging] , heeft beschadigd;
7.De strafbaarheid van de feiten
8.De strafbaarheid van verdachte
9.De motivering van de straffen en maatregel
De belediging gericht tegen een bestuurslid van de PvdA kan ertoe leiden dat politici in het algemeen en de heer [naam 1] in het bijzonder in zijn politieke werk wordt geremd en belet. Het is van belang dat politici in vrijheid hun werk kunnen doen.
10.De vorderingen van de benadeelde partijen
.
.
20 april 2023 ingediend voor een “spoed melding schoonmaak en schilderwerkzaamheden i.v.m. Sinterklaas intocht, het verwijderen van de graffiti en een hoogwerker” ter hoogte van € 2.770,07. Niet staat vast dat verdachte graffiti op het gemeentehuis heeft aangebracht. In de aangifte door de gemeente wordt wel melding gemaakt van graffiti die op dezelfde dag op gemeente-eigendom is aangebracht, maar verdachte lijkt daar niets mee te maken te hebben en hij wordt hiervoor ook niet veroordeeld. Uit de factuur zelf kan de rechtbank niet afleiden welk deel daarvan zag op het verwijderen van de graffiti. Op de zitting van 29 juni 2023 is de benadeelde partij niet verschenen om verdere uitleg te geven over de vordering en de aangeleverde onderbouwing. Opvragen van nadere informatie levert een onevenredige belasting van het strafgeding op, omdat dit zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. De benadeelde partij zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering. De benadeelde partij kan haar vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
11.De toepasselijke wettelijke voorschriften
12.De beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
taakstrafvan
60 (zestig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 30 (dertig) dagen, met bevel dat de tijd die door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van deze straf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 (twee) uren per dag.
gevangenisstrafvan
2 (twee) weken.
deze gevangenisstraf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
proeftijdvan
2 (twee) jarenvast.
iedere keerdat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een maximum van 6 maanden.
dadelijk uitvoerbaaris.
niet-ontvankelijkin haar vordering.
niet-ontvankelijkin haar vordering.