ECLI:NL:RBAMS:2023:3857

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
14 april 2023
Publicatiedatum
22 juni 2023
Zaaknummer
10411020 CV EXPL 23-4360
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling door energiemaatschappij aan handelsonderneming

In deze zaak heeft Allround Hollands Energie B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die niet is verschenen. De eisende partij heeft bij exploot van dagvaarding op 13 maart 2023 gevorderd dat de gedaagde partij zal worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 4.904,50, met nevenvorderingen. De gedaagde partij heeft geen uitstel verzocht en is niet verschenen op de zitting, waardoor verstek is verleend.

De kantonrechter heeft de vordering beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet onrechtmatig of ongegrond is, behoudens voor het geval dat een deel van het gevorderde niet is toegewezen. De kantonrechter heeft de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van € 4.345,00 aan de eisende partij, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 22 januari 2023 tot de voldoening. Daarnaast is de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van € 559,50 aan buitengerechtelijke kosten.

Verder heeft de kantonrechter de gedaagde partij in de kosten van het geding veroordeeld, begroot op een bedrag dat nog nader moet worden vastgesteld, inclusief BTW. De veroordelingen zijn uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. R. Kruisdijk, kantonrechter, op 14 april 2023, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
verstek
Afdeling privaatrecht CV
zaaknummer: 10411020 CV EXPL 23-4360
kenmerk: 2FL.3.22.091580(Mw. mr. K.M. ten Pas)
vonnis van: 14 april 2023
doc: Vvs

vonnis van de kantonrechter

i n z a k e

[eiser]

wonende te / gevestigd te [plaats]
eisende partij
gemachtigde: DAS
t e g e n

Allround Hollands Energie B.V.

wonende te / gevestigd te [vestigingsplaats]
gedaagde partij
niet verschenen.

Verloop van de procedureBij exploot van dagvaarding van 13 maart 2023 heeft eisende partij gevorderd dat gedaagde partij zal worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 4.904,50 met nevenvordering(en), één en ander zoals in de dagvaarding nader omschreven.

De gedaagde partij heeft geen uitstel verzocht en evenmin uiterlijk op de in de dagvaarding vermelde terechtzitting geantwoord.
Tegen de gedaagde partij is verstek verleend.

Gronden van de beslissingDe vordering komt niet onrechtmatig of ongegrond voor, behoudens voor het geval een deel van het gevorderde niet is toegewezen en/of hieronder anders is overwogen.

Beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt de gedaagde partij aan de eisende partij te voldoen:
€ 4.345,00 ter zake van de hoofdsom vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 januari 2023 tot de voldoening;
€ 559,50 ter zake van buitengerechtelijke kosten;
;
veroordeelt de gedaagde partij in de kosten van het geding, aan de zijde van de eisende partij tot aan deze uitspraak begroot op: €
109,44aan explootkosten, €
264,00aan salaris gemachtigde en €
244,00aan griffierecht, één en ander, voor zover van toepassing, inclusief BTW;
veroordeelt gedaagde partij in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 66,00 aan salaris gemachtigde, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. R. Kruisdijk, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 14 april 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier
De kantonrechter